Wallonië stagneert en niemand maalt erom
Waren bepaalde uitspraken bedoeld om een objectieve en ondubbelzinnige vaststelling van de Europese Commissie te verdoezelen? Het is inderdaad betreurenswaardig dat de informatie is verschenen zonder veel reactie of commentaar, ook al is de situatie zeer verontrustend.
Volgens het achtste cohesierapport van de EU, dat enkele dagen geleden is gepubliceerd, behoorde Wallonië tussen 2001 en 2019 tot een groep regio's waar de economische dynamiek is gestagneerd, samen met bepaalde regio's van de Italiaanse Mezzogiorno, regio's in Portugal, Griekenland en Cyprus, en verscheidene regio's in Frankrijk.
De Commissie merkt op dat een aantal van hen vastzit in een 'ontwikkelingsval'. Ze hebben moeite gehad om te herstellen van de crisis van 2008 en hebben nood aan een hervorming van de overheidssector, beter opgeleide arbeidskrachten en een groter innovatievermogen.
Objectieve maatregelen
De Commissie baseert zich op drie indicatoren, namelijk het bbp per hoofd van de bevolking tegen constante prijzen, de bruto toegevoegde waarde per werknemer (productiviteit) tegen constante prijzen en de verhouding tussen de tewerkstelling en de totale bevolking.
Voor elk van deze drie variabelen wordt het groeipercentage van de regio over de periode van vijf jaar voorafgaand aan het jaar in kwestie vergeleken met drie referentiepunten:
- het groeipercentage van de regio zelf in de vijf jaar voorafgaand aan die periode van vijf jaar;
- het groeipercentage over de periode van vijf jaar in zijn lidstaat;
- het gemiddelde groeipercentage van de EU in deze periode.
Uitdagingen
Laten we terugkomen op twee punten die in dit rapport worden belicht, namelijk beter opgeleide arbeidskrachten en een groter innovatievermogen. Het rapport onderstreept wat iedereen weet, namelijk dat innovatie de sleutel is tot regionale economische groei op lange termijn.
Als we kijken naar de prestatie-index van de EU-regio's op het vlak van innovatie in 2021, met een index van 100 voor de EU, dan heeft België een gemiddelde index van 127, voor Brussel is dat 135, voor Vlaanderen 130 en voor Wallonië 114. Wallonië heeft dus een achterstand op het gebied van innovatie en moet die zo snel mogelijk inhalen om uit de probleemzone te geraken.
Maar het is ongetwijfeld het tweede punt in dit rapport dat de meeste zorgen baart, namelijk de arbeidsmarkt. Die wordt gemeten door de verhouding tussen de tewerkstelling en de totale bevolking, zoals de grafiek toont. Niet alleen heeft het Waals Gewest een zeer lage werkzaamheidsgraad, maar over de periode 2002-2020 is die voor het Vlaams Gewest met 9,5% gestegen, terwijl hij voor het Waals Gewest slechts met 6,07% is toegenomen.
In een tijd waarin alle bedrijven, groot én klein, met een tekort aan arbeidskrachten kampen, is niet alleen dat cijfer onaanvaardbaar, maar ook de zwakke toename ervan. En dat is ongetwijfeld het belangrijkste punt van de stagnatie van Wallonië waarop in dit rapport wordt gewezen.
Laten we ophouden ons te verschuilen achter zogenaamde provocaties en laten we eens en voor altijd de enorme uitdaging waar Wallonië voor staat onmiddellijk ten gronde aanpakken.
Naast de noodzakelijke ontwikkeling van innovatie moet de arbeidsmarkt grondig herzien worden om werklozen snel weer aan het werk te krijgen door opleidingen te versnellen en aan te passen aan de behoeften van de arbeidsmarkt.
De toekomst van Wallonië staat op het spel en uitstel is geen optie meer, want het is ondenkbaar dat we over een paar jaar in hetzelfde EU-rapport zouden lezen dat Wallonië stagneert.