België

België

Economische Vooruitzichten België 

Herziening bbp-cijfers

Volgens de voorlopige raming van het Instituut voor de Nationale Rekeningen (INR) groeide het Belgische reële bbp in het derde kwartaal met 0,20% tegenover het vorige. Het cijfer kwam ruwweg overeen met wat wij hadden verwacht (0,15%) en volgde op een licht naar boven bijgestelde groei van 0,32% en 0,28% in het eerste en tweede kwartaal (komende van 0,27% en 0,21% vóór de aanpassing). Een langere reeks bbp-cijfers, meer bepaald vanaf 2009, werd door het INR herzien als onderdeel van het proces om de kwaliteit van de statistieken te verbeteren in overeenstemming met Euorstat-aanbevelingen. Dergelijke herziening van de nationale rekeningen vindt om de vijf jaar plaats. De algemene trend van de economische activiteit sinds 2009 veranderde niet, maar voor individuele jaren zorgde de herziening soms wel voor een significante aanpassing van de jaargroeicijfers. Voor de recentere jaren blijkt de reële bbp-groei in 2019 (2,4%), 2020 (-4,8%), 2022 (4,2%) beter te zijn geweest dan in de eerder vrijgegeven gegevens (respectievelijk 2,2%, -5,3% en 3,0%), terwijl die in 2021 (6,2%) en 2023 (1,3%) geringer was (respectievelijk 6,9% en 1,4% eerder gemeld).

Het Belgische groeicijfer voor Q3 2024 (0,2%) kwam lager uit dan dat van de eurozone (0,4%, exclusief Ierland 0,3%) en was in lijn met dat van Duitsland (0,2%). Uit de eerste raming voor het derde kwartaal blijkt dat de toegevoegde waarde in de dienstensector met 0,2% is gestegen, wat een groeivertraging is in vergelijking met voorgaande kwartalen. De toegevoegde waarde in de bouw was stabiel, terwijl de industrie bleef krimpen (-0,1%). Cijfers inzake de groeibijdrage van de bbp-componenten in Q3 zijn nog niet voorhanden. Indicatoren die op frequentere basis beschikbaar zijn wijzen op aanhoudende zwakte aan de bedrijvenkant in de verwerkende industrie. Dit wijst erop dat de uitvoer wellicht op de derdekwartaalgroei heeft gewogen. De capaciteitsbezetting in de sector bevindt zich momenteel op een niveau dat voorheen alleen in periodes van ernstige crisis werd waargenomen. In de textiel- en chemische sector ligt de bezettingsgraad zelfs meer dan 10 procentpunten onder zijn langetermijngemiddelde (zie figuur BE1). Voor een meer diepgaande analyse van de Belgische industrie, zie het recent gepubliceerd KBC Onderzoeksrapport: Een macro-economische blik op de Belgische industrie.

Trump 2.0 en België

Het tweede presidentschap van Trump en de ermee gepaard gaande protectionistische wending van de VS kunnen de Belgische economie ernstig schaden, aangezien België een erg open, uitvoergerichte economie is en de handel met de VS belangrijk is. In 2023 exporteerde België 31 miljard euro aan goederen naar de VS, goed voor 6,4% van de totale goederenuitvoer of bijna een vijfde van de uitvoer buiten de EU. Dit maakt de VS de grootste handelspartner van België buiten de EU en de vierde handelspartner in het algemeen. Verschillende EU-landen hebben een groter aandeel van de VS in hun uitvoer dan België. De directe impact op het Belgische bbp van een potentieel tarief van 10% op goederen die naar de VS worden uitgevoerd, is echter relatief groot, gezien de hoge verhouding van de totale Belgische uitvoer tot het bbp. In procent van het bbp bedraagt de uitvoer naar de VS in België ongeveer 5%, na Ierland het hoogste cijfer in de EU27 (zie figuur BE2). Indirecte effecten kunnen ook groot zijn, gezien de grote blootstelling van België's belangrijkste EU-handelspartners aan de VS en de gevoeligheid van België voor het toenemend negatieve sentiment over de wereldhandel.

De dreigende handelsschok heeft ons ertoe aangezet de groeivooruitzichten voor de Belgische economie te herzien, net zoals we dat hebben gedaan voor ons eurozonescenario. We gaan nu uit van een tragere kwartaalgroei, met een verwachte reële bbp-groei van 0,6% in gans 2025, komende van 1,0% eerder. Gezien de grote blootstelling van België (zie hierboven) is de neerwaartse herziening van de Belgische groei (-0,4 procentpunt) iets groter dan die voor de groei in de eurozone (-0,3 procentpunt). Onze raming voor de groei dit jaar (2024) is ook licht gedaald, van 1,0% naar 0,9%, voornamelijk als gevolg van de eerder besproken technische herzieningen van de nationale rekeningen (waaronder een kleinere statistische groei-overhang aan het einde van 2023, namelijk 0,3 procentpunt na de herziening in plaats van 0,5 in eerder vrijgegeven cijfers). In ons geactualiseerd scenario blijft de Belgische industrie moeilijke tijden doormaken, wat zal leiden tot een verder netto-banenverlies in de sector. We hebben daarom ook het vooruitzicht voor de Belgische werkloosheidsgraad naar boven bijgesteld. We zien die nu op 6,0% tegen eind 2025, in plaats van 5,6% in onze eerdere prognose.   

De Belgische geharmoniseerde inflatie (HICP) steeg in oktober licht naar 4,5%, komende van 4,3% in augustus en september. De sub-indexcijfers met het grootste opwaartse effect op de inflatie in oktober waren die voor aardgas, elektriciteit en tabak. De kerninflatie (exclusief energie en onbewerkte voeding) bedroeg 3,7% in oktober, een lichte stijging ten opzichte van de 3,6% in september. Het ziet ernaar uit dat de gemiddelde HICP-inflatie in België in 2024 4,2% zal bedragen, ruim boven het voorspelde cijfer voor de eurozone (2,4%). Rekening houdend met de nieuwe situatie inzake de herverkiezing van Trump in de VS, zal de inflatie de komende jaren allicht wat hoger en hardnekkiger uitvallen dan we tot dusver verwachtten. Vergeldingsmaatregelen van de EU en een sterkere dollar kunnen de inflatiedruk immers aanwakkeren. In ons bijgewerkt scenario gaan we ervan uit dat de gemiddelde Belgische inflatie in 2025 2,3% zal bedragen, komende van 2,1% in onze vorige prognose.  

Economische voorspellingen november 2024

Nationale rekeningen (reële jaarwijziging, in %)

  2023 2024 2025
Particuliere consumptie 0,6 1,2 1,0
Overheidsconsumptie 3,2 4,0 1,4
Investeringen in vaste activa 3,5 2,6 3,0

Bedrijfsinvesteringen

5,1 3,8 4,0

Overheidsinvesteringen

5,9 7,8 2,7

Investeringen in woongebouwen

-2,5 -4,8 -0,3
Finale binnenlandse vraag (ongerekend voorraadwijzigingen) 1,9 2,3 1,6
Voorraadwijziging (groeibijdrage) -0,1 -0,9 0,3
Uitvoer van goederen en diensten -7,1 -3,8 -1,6
Invoer van goederen en diensten -6,8 -3,4 0,0
       
Bruto binnenlands product (bbp) 1,3 0,9 0,6
       
Beschikbaar gezinsinkomen 3,8 1,7 0,8
Bruto-gezinsspaarquote (in % beschikbaar inkomen) 14,5 15,0 14,7

Evenwichtsindicatoren

  2023 2024 2025
Inflatie (gemiddelde jaarwijziging, in %)      

Consumptieprijzen (geharmoniseerde CPI)

2,3 4,2 2,3

Gezondheidsindex (nationale CPI)

4,3 3,3 2,1
       
Arbeidsmarkt      

Werkgelegenheid (jaarwijziging, in 1000, einde jaar)

25,5 19,2 20,0

Werkloosheidsgraad (in % van de beroepsbevolking, einde jaar, Eurostat definitie)

5,6 5,6 6,0
       
Overheidsfinanciën (in % van het bbp bij ongewijzigd beleid)      

Netto-financieringssaldo

-4,2 -4,5 -5,3

Overheidsschuld

103,1 104,2 107,0
       
Saldo lopende rekening (in % van bbp) -0,7 -0,5 -1,2
       
Woningprijzen (gemiddelde jaarwijziging in %, bestaande en nieuwe woningen, Eurostat definitie) 2,3 2,9 3,0

Andere voorspellingen

Wereld

Centraal- en Oost-Europa