Yen: beste kaarten als veilige haven?

De tariefaankondigingen op Liberation Day, zorgden voor een zelden geziene uittocht uit Amerikaanse activa en een zoektocht naar nieuwe veilige havens, ook op de wisselmarkt. Je denkt dan aan munten zoals de Zwitserse frank, de yen en de dollar, maar die laatste heeft uiteraard zichzelf buiten spel gezet. We focussen vandaag op de Japanse yen, met een vergadering van de Bank of Japan in het vooruitzicht (donderdag). De munt heeft in geval van aanhoudende spanning toch nog steeds een streepje voor, bijvoorbeeld tegenover de Zwitserse frank.
Een kort overzicht van de ontwikkelingen sinds 2 april. De eerste conclusie luidt dat zowat iedereen een beetje veilige haven was tegen de dollar. In het overzicht van de belangrijkste G10-munten slaagde enkel de cyclisch en olie-gevoelige Noorse kroon er niet in om terrein te winnen. Alle andere munten, ook kleine, minder liquide munten zoals de Aussie & kiwi dollar, het pond of zelfs de Canadese dollar boekten winst tegen USD. De top van het lijstje wordt aangevoerd door de Zwitserse frank (+6.1%), gevolgd door de euro (+4.6%) en de yen (3.9%).
Het feit dat de Zwitserse frank het lijstje aanvoert vinden we ietwat verrassend. De munt speelde dikwijls vooral een rol als veilige haven bij spanning binnen de EMU (vb oplopende intra-EMU kredietspreads). Dat is nu niet het geval. In tegendeel, sinds de reflatoire bocht in het EU-beleid in maart wierp ook de euro zich op als een diversificatiekandidaat voor USD-vluchtelingen. Toch won de frank in april eerst nog tegen een sterke euro. EUR/CHF testte cruciale steun op 0.92. De Zwitserse centrale bank (SNB) hoopte om het debat over negatieve rentes niet meer te moeten voeren. Zo ver zijn we nog niet, maar de markt gaat wel uit van een bijkomende renteverlaging tot 0% in juni. SNB voorzitter Schlegel gaf vorige week aan dat het land wel heel hard getroffen wordt door de handelstarieven (31%). Ondanks het gevaar om door de VS als wisselkoersmanipulator te worden bestempeld, blijven interventies een essentieel instrument om de deflatoire impact van een te sterke munt in te tomen. Of het lukt zal moeten blijken.
In dat opzicht liggen de kaarten in Japan alvast anders. De BoJ gaf recent aan dat ze het proces van geleidelijke rentenormalisatie (nu 0.5%) even ‘on hold’ zet omwille van de grote onzekerheid. Toch wijzen de economische fundamenten nog steeds in de richting van hogere rentes. In dit verband kijken we donderdag uit naar de nieuwe inflatievoorspellingen. In januari stelde de BoJ die opwaarts bij. Harde inflatiedata sinds de vorige projectie bleven alvast aan de hoge kant van de verwachtingen. Uitstel door onzekerheid, maar voorlopig is er geen reden om het proces van beleidsnormalisatie een halt toe te roepen. In tegenstelling tot CHF is de rentecontext in principe een bijkomende steun voor de yen. Een geleidelijke JPY-stijging met iets hogere rentes geeft de VS ook weinig reden om Japan verder onder druk te zetten i.v.m. een eventueel te zwakke munt. De trend gaat hoe dan ook in de goede richting. Ook de euro heeft troeven als alternatief voor de dollar, maar wat geldt voor de CHF geldt in mindere mate ook voor de euro. Het debat gaat er voorlopig nog over lagere ECB rentes, al is de (relatief) diepe euromarkt zekere ook een troef. Voorlopig zien we de yen toch nog steeds iets meer in polepositie.
USD.JPY: Yen houdt sterke kaarten in veilige-haven debat.
