NBP: langzaam maar zeker minder strak
Het duurde even maar de Poolse centrale bank (NBP) schaaft het restrictief monetair beleid gestaag verder af. Gisteren verlaagde ze de beleidsrente voor de vierde keer op rij met 25 bpn tot 4.25%. Sinds de ‘herstart’ van de versoepeling in mei staat de teller op 150 bpn.
Tot mei was de NBP uiterst terughoudend, sommigen zullen zelfs zeggen koppig, om andere collega’s uit de regio (Tsjechische CNB, Hongaarse MNB) te volgen en de rente minstens bij te vijlen richting een meer neutraal niveau. Kwatongen beweerden dat het NBP-beleidscomité, dat in belangrijke mate werd aangesteld door de vorige regering, wel erg streng was voor de huidige regering Tusk. De NBP argumenteerde vooral dat aanhoudend hoge loonstijgingen, een te soepel fiscaal beleid en de mogelijke afschaffing van energiesubsidies inflatie en inflatieverwachtingen hoog dreigden te houden. Vooral sinds de zomer gaat het de goede kant op met de inflatie. In dit verband zorgde de regering er via een verlenging van het plafond op energieprijzen er voor dat één van de opwaartse inflatierisico’s zich op korte termijn alvast niet realiseert.
In haar communicatie vermijdt de NBP om van een echte versoepelingsCYCLUS te spreken. Ze heeft het over een aanpassing (“adjust”) van haar beleid in functie van de meest recente data en vooruitzichten. In dit verband viel de eerste schatting van inflatie voor oktober (2.8% j/j) best mee. De algemene inflatie krijgt stilaan de 2.5%-inflatiedoelstelling in het vizier. Gedetailleerde cijfers voor de onderliggende inflatie zijn er nog niet. Die bedroeg in september 3.2% en de NBP verwacht ook hier een verdere verbetering. Nieuwe prognoses voor 2025 (3.65% gemiddeld van 3.95%) en 2026 (2.95% van 3.1%) gaan in de goede richting. Tegelijk wordt de NBP aanzienlijk optimistischer over de groei. Na een al degelijke 3.45% voor dit jaar trok ze de verwachting voor volgend jaar op tot 3.65% (van 3.1%). De NBP blijft waarschuwen voor een veel te soepel fiscaal beleid. Zo gaat de regering uit van een begrotingstekort van 6.9% dit jaar met slechts een zeer beperkte verbetering voor volgend jaar.
Zoals steeds is de vraag ‘what’s next?’ Daarvoor is het uitkijken naar de persconferentie van voorzitter Glapinski straks. Vorige maand kwam hij relatief mild uit de hoek en gaf aan dat een verdere verlaging tot 4% mogelijk is, al sprak hij zich niet uit over de timing. Die 4% is waarschijnlijk nog boven de neutrale rente, maar vanaf dat niveau komt de NBP in de finetuningsfase terecht. De zloty was recent een oord van rust. Alle vergelijkingen lopen mank, maar de ervaring in Tsjechië (en in mindere mate Hongarije) toont dat een voorzichtige versoepeling, maar met een positieve reële rentebuffer boven de inflatie, niet zo slecht hoeft te zijn voor de munt. We verwachten dat de zloty minstens stand houdt binnen de KT-handelsband EUR/PLN 4.31/4.22. De jaartop (voor de zloty) bevindt zich op EUR/PLN 4.1275. Dat blijft een harde noot om kraken (sterke weerstand voor zloty).
EUR/PLN: zloty tot nader bericht oord van stabiliteit.