Chaotische Trump houdt USD in het defensief

EUR/USD was eind april op weg richting 1.16. Dat hoogste peil in ongeveer 3,5 jaar was een samenloop van de perfecte omstandigheden. Een structureel sterkere euro lokte begin maart de eerste spurt hoger van EUR/USD 1.04 richting 1.10 uit. Die beweging vloeide voort uit het Duits-Europees initiatief om Europa militair weer op de kaart te zetten. Prijskaartje: “zoveel als nodig”. Er ging een fiscaal-reflatoire wind door de euro. Het is nu wachten op de concrete uitvoering van de plannen. In de tussentijd kan EUR/USD rekenen op de maart-top van 1.0955 als een sterke technische steunzone.
De tweede versnelling van de 1.10-regio richting 1.16 kwam op het conto van de dollar. De verzwakkende munt was een van de meerdere Amerikaanse slachtoffers (naast beurzen en obligaties) van het beleid van Trump 2.0. Zijn reset van de mondiale handel op Liberation Day (2 april) mondde uit in de zogenaamde Sell America golf die over de markten rolde. Het was de aanleiding maar niet de enige oorzaak. Onvoorspelbaarheid, isolationisme en (de perceptie van) politieke inmenging in onafhankelijke instanties zoals de rechterlijke macht of de centrale bank ondermijnen het investeerdersvertrouwen. En dat is nog maar 127 dagen van de ruwweg 1500 dagen Trump II. We waarschuwen al een tijd voor de permanente schade die voor de Verenigde Staten en haar financiële activa dreigt.
We beschouwen het dieptepunt van de dollar eind april nog steeds als een voorlopig. De 2021-top van EUR/USD 1.2349 blijft de referentie op middellange termijn. Periodes van dollarappreciatie in die tussenperiode grijpt de markt vooral aan als een verkoopgelegenheid. Een blik op de grafiek sterkt dat vermoeden. Het meest recente USD-herstel geraakte eigenlijk zelfs niet tot de hierboven genoemde 1.0955. Vanaf midden mei startte de uitbodeming van EUR/USD halverwege 1.10-1.11. Daar kwam de afgelopen dagen nog een scheut bij. Het muntenpaar test momenteel opnieuw het 1.14-niveau.
De aanleiding, u raadt het al, is president Trump. Gefrustreerd met de beperkte vooruitgang in de handelsgesprekken met de EU, zwaaide hij afgelopen vrijdag met invoerheffingen van 50%, met ingang vanaf 1 juni. Tot dan was de EU onderhevig aan het tijdelijk verlaagde tarief van 10% tot 9 juli. Volgens de Amerikaanse minister van financiën Bessent was dat om de talmende de EU wakker te schudden. Een telefoongesprek tussen Trump en voorzitster van de Europese Commissie von der Leyen later, is de initiële deadline van 9 juli sinds gisteren opnieuw van kracht. De inzet is hoger (50% ipv 20%).
De dollarreactie spreekt boekdelen. Zowel bij de risicoaversie op vrijdag als bij het optimisme vandaag staat de munt onder neerwaartse druk. Het is de Amerikaanse risicopremie aan het werk. Die zagen we trouwens ook in de obligatiemarkt. Van de initiële rentedaling tot 10 basispunten schoot per saldo niets meer over. Dat valt dan weer tegen voor de Amerikaanse schatkist. Die trekt deze week voor meer dan $180 miljard dollar naar de markt, verdeeld over drie veilingen met looptijden van 2, 5 en 7 jaar. Het had de schatkist een besparing van $180 miljoen in rentelast opgeleverd. Kwajongens zouden zeggen dat Trump’s demarche vrijdag een dubbele insteek had.
EUR/USD test opnieuw 1.14
