De Bank of Japan heeft een afspraak met de (30-jarige) geschiedenis
Yen profiteert maar matig van derde renteverhoging

De Japanse centrale bank (Bank of Japan, BoJ) trok vanmorgen de beleidsrente met 25 basispunten op, van 0.25% tot 0.5%. Het laatste “all clear” signaal kwam er met het uitblijven van grote marktschokken tijdens de eerste dagen onder de nieuwe Amerikaanse president Trump. Met de derde verhoging evenaart de rente de niveaus van 2007-2008. Voor nog hogere rentes moeten we liefst 30 jaar terug in de tijd. Toch is dat richting die de Bank of Japan uitgaat. De renteverhoging vanmorgen volgde op een stevige bijstelling van de inflatieprognoses. De BoJ is namelijk steeds meer overtuigd van de positieve wisselwerking tussen stijgende lonen en inflatie. Japanse lonen stegen vorig jaar met het meest in +/- 30 jaar. Voor 2025 pikt de BoJ signalen voor iets gelijkaardigs op. Tegelijk houdt de zwakke Japanse munt de geïmporteerde inflatie (vooral via energie) hoog. Voor het fiscale jaar 2024 (april 2024 - maart 2025) verwacht Tokio een gemiddelde inflatie van 2.7%. Voor 2025 en 2026 staat 2.4% en 2% in de tabellen. In oktober was dat 2.5%-1.9%-1.9%. Kerninflatie die zuivert voor voeding en energie ziet de BoJ op 2.2%-2.1%-2.1% vs 2%-1.9%-2.1%. De centrale bank behaalt dus haar 2%-doelstelling; op gelijk welk niveau en over de volledige beleidshorizon. Als die inschatting klopt dan volgen nog meer renteverhogingen, klinkt het in Tokio, al laat BoJ-baas Ueda zich niet uit over hoeveel of wanneer. De Japanse geldmarkt houdt het voor 2025 voorlopig op één bijkomende stap richting jaareinde. In het begeleidend schrijven wijst de BoJ op de opwaartse risico’s verbonden aan de voorspellingen voor 2024 en 2025. De eveneens vanmorgen gepubliceerde inflatiecijfers voor december onderschrijven dat: afhankelijk van de graadmeter stegen de prijzen met 2.4-3.6%. De groeivooruitzichten bleven op een quasi ongewijzigde 0.5%-1.1%-1%. Gezinsconsumptie is de drijvende motor, geruggesteund door de sterke loongroei. Ook hier ondersteunden economische cijfers vanmorgen die logica. De belangrijke PMI-bedrijfsvertrouwensindicatoren lieten voor de maand januari een mooie verbetering in de consumentgevoelige dienstensector optekenen van 50.9 tot 52.7.
De Japanse munt verstevigde tegen een algemeen zwakkere Amerikaanse dollar na de beleidsbeslissing. Toch geraakt JPY voorlopig niet voorbij de eerste, kleine horde in de buurt van USD/JPY 155. De renteverhoging was namelijk verwacht, daar zorgde de centrale bank de afgelopen weken zelf voor. Vanuit relatief oogpunt is de marsrichting van de BoJ in vergelijking met de Fed en zeker de ECB positief voor de Japanse yen. Maar de absolute renteverschillen blijven een blok aan het been. De uiterst gestage tred van de Bank of Japan verandert daar niet snel iets aan. Het lot van USD/JPY ligt minstens evenveel in de handen van de dollar.
USD/JPY
