Waller duwt Amerikaanse rentes en de dollar hoger
QT-strategie voorrang op rentebeleid?
Prominent Fed-lid Waller zorgde gisteren voor de rentebeweging van de dag. Hij zorgde mee voor een uiteindelijke stijging van 7 tot 12 basispunten. EUR/USD sloot hierdoor voor het eerst dit jaar beneden 1.09. en testte 1.0877 steun. Een breuk lager brengt ons richting de lage 1.07-zone. Waller zei dat de aanstaande rentecyclus lager niet vergeleken kon worden met de snelle, instinctieve, cycli lager na tijdens de Covid-pandemie of bijvoorbeeld de financiële crisis. De arbeidsmarkt blijft in goede vorm, de economie groeit en inflatie zakt gradueel richting de 2%-inflatiedoelstelling. Daarom kan de Fed deze keer een veel voorzichtigere aanpak hanteren. Amerikaanse geldmarkten zetten al een tijdje in op zowel een snelle start van de rentecyclus lager (maart) als een stevig tempo (cumulatief >150 bpn dit jaar). Dit is in strijd met wat de Fed bijvoorbeeld zelf nog aangaf in december (75 bpn dit jaar) terwijl ook meer en meer Fed-leden een snelle start (maart) uitsluiten.
Meer en meer wordt de focus ook verlegd naar die andere pijler: de afbouw van de obligatieportefeuilles (QT). Sinds de zomer van 2022 laat de Fed die QE-erfenis op natuurlijke wijze afrollen. Obligaties op vervaldag worden niet meer 1 op 1 vervangen. Zo onttrekt de Fed op maandbasis zo’n kleine $100 miljard aan (excessieve) liquiditeit uit de markt. Die liquiditeit is de olie die het financieel systeem laat draaien. Om te vermijden dat het raderwerk plots vastloopt – een nare herinnering aan de vorige portefeuille-afbouw in (2017-2019) suggereerden notulen van de december Fed-vergadering al dat de Amerikaanse centrale bank een strategie wil uitwerken waarin de maandelijkse afbouwbedragen kleiner worden nu de machine nog naar behoren draait. De spreekbuis van de Fed in de Amerikaanse zakenkrant Wall Street Journal, Nick Timiraos, verschoof deze week in een artikel eveneens de aandacht van renteverlagingen naar het afbouwtempo. Fed-lid Waller stelde in zijn interview van gisteren een landingszone naar voren voor het aantal Amerikaanse bankreserves (10-11% van het BBP ofwel $2750-3000 miljard tov $3500 momenteel) als eindpunt voor het QT-proces. Ceteris paribus betekent voorrang op het QT-beleid in principe ook een (latere) start van de rentecyclus lager.