MNB gevangen in prisoner’s dilemma

De Hongaarse centrale bank (MNB) hield de rente gisteren zoals verwacht onveranderd op 6.50%. Nochtans kan de Hongaarse economie best een duwtje in de rug gebruiken. Zowel de binnenlandse context (inflatie, begroting, vertrouwen in het beleid) en het algemeen marktsentiment dwingen voorzitter Mihaly Varga en zijn beleidscomité echter om het beleid voldoende strikt te houden. Zelfs voor een hint over verdere versoepeling is het te vroeg. Dat dreigt voor ongewenste financiële instabiliteit te zorgen.
Eerst even een economische update. Na een krimp in 2023 (-0.7%) en een ontgoochelende 0.5% groei in 2024, startte ook 2025 in mineur (kw1 -0.2% kw/kw). “Groei” komt bijna uitsluitend van particuliere consumptie (gesteund door stevige loonstijging). De productiesector (inclusief export), investeringen en bouw laten het nog steeds afweten. De MNB hoopt dit jaar op 0.8% groei maar dat is optimistisch en moet gezien worden in het licht van de cruciale parlementsverkiezingen voor de regering Orban in het voorjaar van 2026. Met een begrotingstekort dat dit jaar aanschurkt tegen 5% van het BBP heeft de regering niet veel ruimte. Een daling van de inflatie is zeer welkom om de (reële) koopkracht op te krikken. Dat loopt echter niet van een leien dakje.
De inflatie liep in mei (4.4% van 4.2%) zelfs nog iets verder weg van de doelstelling (3% +/- 1%pt). Ook kerninflatie (4.8%) bleef aanzienlijk boven die tolerantieband. Nochtans stelde de regering in april beperkingen in op de winstmarges van voedingsproducten in de kleinhandel. Andere sectoren moesten akkoord gaan met ‘vrijwillige’ prijsbeperkingen. Toch stelt de MNB vast dat bedrijven zowel in de goederensector als in dienstensector hogere kosten doorrekenen. Zelfs met de genomen maatregelen blijft inflatie waarschijnlijk voor heel 2025 boven 4%. Voeg daarbij een (rente- en wissel)markt die uiterst gevoelig is voor algemene en binnenlandse onzekerheid, en het is duidelijk dat een versoepeling van het beleid niet aan de orde is. Een verzwakking van de forint vergroot het aanslepende inflatieprobleem alleen maar.
Wat die forint betreft, worden zowel de MNB als de markten geconfronteerd met een soort prisoner’s dilemma. Een sterkere munt draagt bij om inflatie af te remmen en laat de MNB op termijn toe om het restrictief beleid af te bouwen. Tegelijk vraagt de markt omwille van de onzekerheid en het soms onconventioneel (regerings- en monetair) beleid een voldoende hoge (reële) rente om de forint aan te houden. In de huidige onzekere context gaat KBC er vanuit dat er in het beste geval ruimte is voor een beperkte renteverlaging naar het jaareinde. De forint is hoe dan ook een trendmatige daler. In de veronderstelling dat de MNB een onverhoopte opsprong van de munt toch gebruikt om de economie wat bijkomende ademruimte te geven, zien we een versterking van de forint beneden EUR/HUF 395/390 als onwaarschijnlijk (trendlijn grafiek).
EUR/HUF: Hoe sterk mag/moet forint zijn voor de MNB?
