Wordt ex-ECB-voorzitter Draghi Italiaans premier?
Verkenningsgesprekken Mattarella lopen dood
Alweer nieuwe ontwikkelingen in de Italiaanse politieke saga. Renzi, leider van de kleine coalitiepartij Italia Viva, trok vorige maand de steun voor de regering onder Conte terug. Conte ging nadien nog even verder met een minderheidsregering maar dat bleek, zeker in de huidige omstandigheden onwerkbaar. Hij bood zijn ontslag aan; de regering Conte II viel.
Conte’s ontslag was strategisch. Hij hoopte een nieuw mandaat van de Italiaanse president Mattarella te krijgen om een nieuwe, naar Italiaanse normen stabiele, regering op de been te brengen. Maar twee gespreksrondes later is er kennelijk onvoldoende steun voor Conte III. Er werd zelfs in de richting van Renzi gekeken voor steun, nota bene de man aan de basis van de politieke crisis. Maar Renzi en zijn Italia Viva verkopen de huid (te) duur. De resterende opties voor een uitweg uit de impasse zijn schaars. Of Mattarella schrijft vervroegde verkiezingen uit of hij vraagt iemand een technocratische regering te vormen. De voorkeur gaat duidelijk uit naar dat laatste scenario en die “iemand” wordt waarschijnlijk niemand minder dan voormalig ECB-voorzitter Mario Draghi. Zijn naam circuleerde al langer, maar Mattarella sommeert de man nu ook officieel voor een gesprek.
Draghi wordt hoog aangeschreven, zowel in Italië als Europa. Zijn befaamde “whatever it takes”-speech in 2012 geldt als een kantelpunt in de eurocrisis. Tijdens zijn carrière bij de ECB raakte Draghi bekend als een man van actie. Hij schakelde soms erg rap en nam zijn collega’s meer dan eens in snelheid. Ook de financiële markten lopen hoog op met de Italiaan. Het nieuws van Draghi als mogelijke nieuwe premier hielp de euro gisteren weg van de daglaagtes in de buurt van de belangrijke steunzone 1,2011 (uiteindelijke sluiting rond 1,204). Nochtans had de Italiaanse politieke crisis tot nog toe maar weinig impact op de eenheidsmunt. Het gevolg voor de Italiaanse kredietrisicopremie (renteverschil met Duitsland) zien we straks bij de opening van de rentemarkten. Die kan mogelijk wat vernauwen. Al is het wel al langer duidelijk dat ook de Italiaanse rentes zich recent maar bitter weinig aantrokken van de impasse.