Duitse inflatie veert onverwacht scherp op in januari
Markt haalt voorlopig de schouders op
Het is de voorbije periode meestal anders geweest, maar de eerste Duitse inflatiecijfers voor januari maakten gisteren een spectaculaire sprong hoger. De geharmoniseerde inflatie steeg met 1.4% M/M waardoor het jaarcijfers afklokte op 1.6 J/J, komende van -0.7% J/J in december. De markt rekende op een veel meer bescheiden stijging tot 0.5% J/J.
In coronatijden worden ook de inflatiestatistieken op verschillende manieren ‘verstoord’, wat de interpretatie van de onderliggend trends niet altijd even gemakkelijk maakt. Zo was de Duitse inflatiestijging deels te wijten aan het wegvallen bij het begin van het jaar van een btw-verlaging vorig jaar. Ook een nieuwe heffing op vervuilende brandstoffen duwde de inflatie hoger. Deze ‘administratieve/institutionele’ verhogingen hebben weinig te maken met de onderliggende vraagdynamiek. Bovendien werd de stijging ook versterkt door een aanpassing van de gewichten in de inflatiekorf met een hoger gewicht voor producten waarvan de prijzen sneller stegen (voeding) en een lager gewicht voor sommige productgroepen waarvan de prijzen onder druk staan (reizen). Hoe dan ook is het op zich al moeilijk om de prijsontwikkeling correct te meten als een groot deel van de winkels gesloten zijn door de lockdown. Anderzijds werd de stijging ook gedragen door een verhoging van de minimumlonen, wat toch wel duidelijk als ‘echte’ inflatie kan worden beschouwd.
In andere Europese landen zullen een deel van de ‘technische’ factoren zich waarschijnlijk niet herhalen. Toch zal de Duitse inflatie-opsprong ook het Europees cijfer naar een aanzienlijk hoger niveau tillen. De ECB heeft daarop in haar communicatie al geanticipeerd. Een eventuele opstoot op korte termijn, wordt hierbij vooral als tijdelijk gezien. In haar inflatievooruitzichten in december, ging de ECB uit van een inflatie van 1% in 2021, 1.1% in 2022 en 1.4% in 2023, nog steeds ver verwijderd van de 2%-doelstelling en een goede reden om het beleid ‘sine die’ extreem soepel te houden. De voorbije dagen kwamen een aantal ECB-leden zelfs vertellen dat het beleid indien nodig nog kan versoepeld worden, bijvoorbeeld om de stijging van de euro af te remmen. Dit soort retoriek wordt natuurlijk moelijker wanneer de inflatie zich boven het verwachte ECB-pad zou nestelen.
De uiterst beperkte reactie op de rentemarkt gisteren geeft aan dat de markt de ECB retoriek/guidance op dit ogenblik nog niet in vraag stelt. Toch kijken we met meer dan gemiddelde aandacht naar de marktreactie indien het fenomeen zich, zij het in mindere mate, ook in andere Europese landen zou voordoen. De eerste schatting van EMU-inflatiecijfers voor januari wordt volgende week woensdag bekend gemaakt.