Renzi zet Italiaanse regering onder druk
Overheidsobligaties krijgen forse tik
Het is weer hommeles in de Italiaanse politiek. De regering Conte II bestaat uit een coalitie van de Vijfsterrenbeweging, de Democratische Partij en twee andere juniorcoalitiepartijen waaronder Italia Viva (onder leiding van Matteo Renzi). De steun van onder andere Italia Viva is noodzakelijk voor een meerderheid in het parlement. En dat beseft Renzi heel goed. Hoewel zijn partij het niet erg goed doet in de peilingen, dreigt hij er toch mee om de stekker uit de regering te halen. De voormalige premier laakt de manier waarop Conte de middelen uit het Europese herstelfonds wil aanwenden. Conte kwam eind vorige week al deels tegemoet aan Renzi’s verzuchtingen maar die laatste wil meer. Zo moet er bijvoorbeeld nog meer geïnvesteerd worden in de gezondheidszorg. Italië zou zich ook moeten laven aan de goedkope kredieten die het ESM ter beschikking stelt om die investeringen te financieren. Conte is wat dat betreft conservatiever en stelt dat daarmee de geloofwaardigheid van het land, dat al met een bijzonder hoge overheidsschuld kampt, op de helling kan komen te staan. Renzi wil verder ook een grotere verdeling van de macht over de verschillende partijen en ministers.
Matteo Renzi agendeerde een persconferentie in de late namiddag (17:30) waar hij zijn uiteindelijke besluit zal meedelen. Als Italia Viva de steun intrekt, zijn er verschillende opties. Conte kan op zoek gaan naar een regering Conte III, de huidige coalitie zoekt een nieuwe premier, er wordt een volledig nieuwe coalitie gevormd of het komt tot nieuwe, vervroegde verkiezingen. Hoe dan ook is de markt nooit grote fan van politieke instabiliteit, al zeker niet in de huidige corona-omstandigheden. De Italiaanse overheidsobligatiehouders worden nerveus en bouwden de afgelopen dagen behoorlijk wat van de posities af. De Italiaanse tienjaarsrente steeg de afgelopen twee dagen met meer dan 12 basispunten. De kredietrisicopremie – het renteverschil met het veilige Duitse alternatief – loopt op. Beiden blijven vanuit historisch oogpunt dankzij de ECB wel op zeer lage niveaus. Op de wisselmarkt laat de euro het voorlopig niet echt aan het hart komen. EUR/USD herstelde gisteren zelfs opnieuw tot boven 1,22.