Norges Bank laat beleidsrente op 0% …
… en dat voor de komende jaren
De Noorse centrale bank hield de belangrijkste rente vanmorgen zoals verwacht stabiel op 0%. Dat is al zo sinds mei dit jaar en dat blijft waarschijnlijk nog wel even zo. De Norges Bank spreekt in termen van jaren. Volgende week krijgen we de officiële cijfers, maar de centrale bank vermoedt dat de economie in het derde kwartaal, net zoals in veel andere delen van de wereld, iets forser herstelde dan de 5,2% kw/kw vooropgesteld in het septemberinflatierapport. De nieuwe coronaopstoot en bijhorende lockdownmaatregelen zetten het prille herstel echter een pad in de korf. Het geeft wellicht aanleiding voor een neerwaartse herziening van de groei in het huidige kwartaal als de Norges Bank met nieuwe prognoses komt in december. De onderliggende inflatie blijft met 3,3% j/j vooralsnog boven de 2%-doelstelling. Toch is dat maar een tijdelijk fenomeen. Het inflatoir effect van de aanzienlijke verzwakking van de Noorse Kroon tijdens het hoogtepunt van de eerste coronagolf ebt gradueel weg, ook al noteert de munt voorlopig iets zwakker dan in september gedacht. Dat is onder meer een gevolg van de verdere daling van de olieprijzen. In combinatie met povere (loon)groeiverwachtingen houdt de NB niettemin vast aan de 1,5%-voorspelling aan het eind van de beleidshorizon. De aanhoudende stijging van vastgoedprijzen, in belangrijke mate gedreven door de uiterst lage rente, is een reden voor bezorgdheid rond financiële dislocaties. Toch geeft de NB op dit moment veel meer gewicht aan de precaire economische toestand en de bijzonder grote onzekerheid die de pandemie creëert. Zolang dat niet normaliseert, blijft de beleidsrente op het huidige historisch lage niveau.
De Noorse Kroon vangt weinig aan met het status quo. EUR/NOK drijft lichtjes af richting 10,9, vooral dankzij het gunstig risicosentiment. In een iets breder perspectief verloor de kroon de laatste maanden wel wat terrein tegenover de euro. De nieuwe coronagolf en occasionele opstoot van risk-off én de blijvend zwakke olieprijzen duwden EUR/NOK van het jaardieptepunt rond 10,4 meermaals boven de kaap van 11. Voorlopig blijft een volgehouden breuk hoger uit.