ECB neemt de inflatiehandschoen op
Lagarde en co maken de handen vrij om de rente ten vroegste in september te verhogen
Whatever it takes. Voormalig ECB-voorzitter Draghi wordt voor eeuwig en drie dagen vereenzelvigd met die legendarische woorden die de basis vormden voor een ongebreideld groei-ondersteunend soepel monetair beleid. Huidige ECB-topvrouw Lagarde haalt de woorden nu vanonder het stof. Ze gebruikt ze de u-bocht van de centrale bank kracht bij te zetten. Whatever it takes om prijsstabiliteit te garanderen op een ogenblik dat de inflatie de hoogste toppen scheert sinds de oprichting van de euro zone. Dat betekent een versnelde exit uit het extreem soepele monetaire beleid: sneller stoppen met het kopen van overheidsobligaties, de beleidsrente sneller richting 0% brengen en vermoedelijk zelfs verder optrekken in een eerste echte verstrakkingscyclus sinds 2005-2007.
De Europese centrale bank versnelt in een eerste fase de afbouw van aankopen onder haar APP-aankoopprogramma (vooral overheidsobligaties). Via die aankopen hield ze de langetermijnrente in Europa jarenlang kunstmatig laag om de economie van extra zuurstof te voorzien. In december pas stelde de ECB verhoogde APP-aankopen voorop als buffer om de terugval van >€60 miljard/maand aankopen onder het pandemie-gerelateerde PEPP op te vangen. Concreet klonk het eind vorig jaar: €40 miljard/maand obligatie-aankopen in het 2e kwartaal, €30 miljard/maand in het 3e kwartaal en €20 miljard/maand in het 4e kwartaal. De nieuwe richtlijn is €40 miljard in april, €30 miljard in mei en €20 miljard in juni. Ceteris paribus eindigen de netto-aankopen nu in het 3e kwartaal van dit jaar ipv ergens in 2023. De ECB wil de beleidsrente kort na het beëindigen van die netto-aankopen verhogen. Onder de decemberrichtlijnen was dat dus ten vroegste in 2023. Nu omcirkelen we de vergadering van 8 september. De kortetermijnrentemarkt rekent opnieuw op positieve 3-maands Euriborrentes tegen eind dit jaar.
De inflatiedynamiek krijgt voorrang op de economische onzekerheid door de Russische invasie. Meer zelfs, ze draagt tot het prijsprobleem toe via nog hogere grondstoffenprijzen. Nieuwe groeivooruitzichten uit Frankfurt tonen relatief beperkte neerwaartse revisies in 2022 (3.7% van 4.2%) en 2023 (2.8% van 2.9%) terwijl de 2024-voorspelling niet wijzigde (1.6%). De ECB trekt haar verwachte inflatiepad voor ze vijfde opeenvolgende keer op: 5.1% ipv 3.2% in 2022, 2.1% ipv 1.8% in 2023 en 1.9% ipv 1.8% in 2024. Vooral die laatste twee wijzigingen zijn cruciaal. Voor het eerst in jaren verwacht de ECB dat inflatie rond de 2% inflatiedoelstelling zal stabiliseren op het einde van haar beleidshorizon. Lagarde en co merken ook op dat er steeds meer sprake is van algemene prijsdruk (inclusief lonen) ipv enkel in de volatiele categorieën zoals energie. De risico’s rond de voorspellingen blijven vooral omwille van de oorlog in Oekraïne neerwaarts gericht voor de groei en opwaarts voor de inflatie.
Op de markten probeert de euro de winsten van gisteren verder uit te bouwen. EUR/USD test het 1.11-niveau. De Europese eenheidsmunt krijgt hiervoor vooral rentesteun aan het korte eind van de curve. De Europese 2j (swap)rente stijgt met meer dan 10 basispunten tot 0.25%, een evenaring van het hoogste niveau sinds 2014. De Europese 10j swaprente noteert 5 basispunten hoger, maar testte voor het eerst sinds 2018 de psychologische kaap van 1%. Kredietrisicopremies tov de veilige Duitse rentes stijgen tot 13 basispunten voor Italië. De Europese beurzen noteren na het gigaherstel van gisteren (+7%) zo’n 3% lager, maar het grootste deel van die beweging kwam er voor de ECB.