ECB komt terug op de radar
Onderschat Europese underdogrol niet
Sinds de julivergadering van de ECB – die ook al niet meer was dan een storm in een glas water – bleef het tot gisteren muisstil in, over en rond Frankfurt. Europese centrale bankiers volgden met veel plezier vanop de zwembadstoel hoe hun Amerikaanse pendanten deze zomer de aandacht naar zich toe zogen. Het Jackson Hole symposium is op dat gebied vandaag en morgen orgelpunt. De low profile strategie van de ECB bestendigde een divergentie in reële rentes tussen Amerika en Europa. Het taperdebat in de VS – eerste stap richting beleidsnormalisatie – duwde de Amerikaanse reële rente weg van de bodem waar de Europese laksheid – ondanks versnellende groeidynamiek – de Duitse reële rente bijvoorbeeld recent tot een historisch dieptepunt van -2% bracht. De tegenovergestelde reële rentebewegingen trokken EUR/USD tijdens de zomer tot de cruciale 1.17 steunzone. Het muntenpaar kampeert er nog steeds.
We zetten vandaag de onderbelichte Europese kant van de vergelijking in de kijker. Aanleiding zijn toespraken van ECB vicevoorzitter de Guindos en hoofdeconoom Lane die gisteren uit hun zomerslaap ontwaakten. In geval het nog niet duidelijk was: de verwachtingen rond de ECB zijn laag. Extreem laag. Vermoedelijk terecht, maar ons reptielenbrein weet dat die (markt)context ruimte laat tot (grote) bewegingen in geval van (kleine) verrassingen. De Guindos stak van wal met een positieve kijk op de zaken. Het economische herstel volgend op de pandemische recessie stak de ECB’s groeivoorspellingen tot nu toe steeds rechts voorbij. Op de beleidsvergadering van 9 september verwacht hij opnieuw opwaartse herzieningen aangezien het tweede kwartaal de prognoses klopte en de vooroplopende indicatoren van het derde kwartaal (bijvoorbeeld PMI’s) dat momentum bevestigen. Op die manier zou het Europese BBP eind dit jaar, en dus sneller dan verhoopt, het niveau van voor de Covid-crisis halen. Ter herinnering: in juni bedroegen de BBP-voorspellingen van de ECB voor 2021-2023 respectievelijk 4.6%, 4.7% en 2.1%. Wat inflatie betreft verwacht de Spanjaard een stijging tot 3% (!) naar het jaareinde toe, vooraleer een stevige terugval zal volgen in 2022. De uitspraken werkten als een soort wake-upcall voor markten. Er is nog leven na de Fed. De septembervergadering van de ECB nadert met rasse schreden, net als de einddatum van het PEPP-aankoopprogramma van obligaties (03/2022). Zou het dan toch kunnen dat de ECB haar in die omgeving van sterke groei en hogere inflatie in het zog van de Fed schaart op vlak van prille beleidsnormalisatie?
Nog voor de geest aanstalten maakte om uit de fles te ontsnappen, kwam monetaire duif en architect van de ECB’s ongebreidelde accomoderende beleid de boodschap al nuanceren. Hij erkende het groeimomentum, maar onderstreept potentiële neerwaartse risico’s in de laatste maanden van het jaar. De globale groei vertraagt, verstoorde productiekettingen maken langer dan verwacht deel uit van ons bestaan en dan is er nog de Deltavariant. Inflatie blijft voor Lane een tijdelijk fenomeen waar hij niet echt wakker van ligt tenzij er loondruk volgt. Ten slotte gelooft hij heilig in de ECB’s communicatiepolitiek die (beleids)verrassingen uitsluit en de centrale bank nog tot december tijd geeft om duidelijkheid te verschaffen over de transitieperiode na het einde van de netto-obligatieaankopen onder PEPP.
De Guindos en Lane belichamen duidelijk twee uitersten binnen het ECB-beleidscomité. Op basis van marktreactie haalde de Spanjaard het van de Ier. We kunnen niet genoeg benadrukken dat marktpositionering en verwachtingen hier een rol spelen. Europese rentes stegen gisteren tot 6 basispunten aan het lange eind van de curve. De euro won op punten tegen de dollar en sloot rond EUR/USD 1.1770. Het is nog steeds vroeg dag, maar onderschat de Europese underdogrol vooral niet de volgende weken/maanden. Eerste afspraak: Europese inflatiecijfers voor de maand augustus. Verwacht u nu al maar aan volgende headline: “Europese inflatie stijgt aan het snelste tempo sinds 2012.“