Aziatisch-Pacifische rentes bereiken hoogste niveaus in jaren
Globale reflatietrade of twijfel in kunde van centrale banken?
Niet alleen de Amerikaanse en sinds kort de Europese rentes zitten de afgelopen dagen/weken in de lift. Het gaat ook bijzonder hard op de Aziatisch-Pacifische markten. Stijgende rentes zijn er al een tijdje een fenomeen, maar deze week gaat de beweging toch crescendo. De Australische tienjaarsrente scheurt vanmorgen bijvoorbeeld bijna 12 basispunten hoger tot het hoogste peil sinds midden 2019 (1,73%). Dat brengt het huidige weektotaal al op een stevige 30 basispunten. Die ruk hoger volgt ondanks de recordaankoop door de Australische centrale bank van overheidsobligaties voor een slordige A$ 5 miljard. Drie miljard daarvan gaat naar het driejarige segment ter verdediging van de 0,10%-doelstelling. Het is de tweede keer deze week dat de RBA daartoe actie onderneemt. De Australische driejaarsrente ging vanmorgen even richting 0,14%, het hoogste peil sinds begin december vorig jaar. In Nieuw-Zeeland gaat het nog harder. De tienjaarsrente knalt meer dan 18 (!) basispunten tot 1,87%. Het laat daarmee de paniektop van maart 2020 achter zich en heeft nu de ogen gericht op de symbolische 2%. De relatieve underperformance van Nieuw-Zeelandse obligaties komt er nadat de regering de Nieuw-Zeelandse centrale bank (RBNZ) oplegt dat ze nu ook de huizenmarkt in het monetair beslissingsproces moet opnemen. Huisprijzen zitten al lang in de lift, onder meer omwille van de uitzonder lage rentes. De RBNZ zelf verwacht dat vastgoedprijzen in het jaar tot en met juni met 22% zullen stijgen. De (politieke) druk neemt toe om de markt af te koelen zodat die opnieuw toegankelijker wordt. Een “duurzame huizenmarkt” wordt geen officiële doelstelling van de RBNZ maar ze zal wel de impact van het beleid op de prijzen op geregelde basis moeten verantwoorden. De markt concludeert dat een nóg soepeler beleid niet meer aan de orde is, ook al liet RBNZ-gouverneur Orr gisteren die deur nog op een kier (inclusief negatieve rentes). Meer zelfs, ze verdisconteert met mondjesmaat een renteverhoging. Tot slot gaan we nog even naar Japan. Japanse rentes zijn doorgaans een baken van rust. De Japanse tienjaarsrente gaat vanmorgen 2 basispunten hoger – en dat is naar Japanse normen behoorlijk veel. Ze rondt de kaap van 0,14% en neemt zo de technische horde van 0,125% (top paniekbeweging maart 2020). 0,615% (2018-piek) is de eerstvolgende referentie. Een specifieke oorzaak is er niet. Het wijst er vooral op dat het eiland niet langer immuun is voor de beweging op de globale rentemarkt. De forse rentestijgingen de afgelopen weken waren in eerste instantie het gevolg van de reflatietrade. Markten anticiperen op een krachtige economische heropleving die gepaard gaat met toenemende inflatie. Toch rijst de vraag: beginnen beleggers te twijfelen aan de slaagkansen van centrale bankiers om de rentes op extreem lage niveaus te verankeren? We zagen eerder deze week al hoe ECB-voorzitster Lagarde de handen verbrandde. De beweging in de Australische driejaarsrente vanmorgen sprak eveneens boekdelen. De RBA geniet een sterke geloofwaardigheid maar greep toch twee keer op korte tijd in. Markten “testen” graag tot hoever ze kunnen gaan.