Portugese premier stapt op na aantijgingen van corruptie
President houdt sleutel in handen: nieuwe premier of verkiezingen
De Portugese eerste minister Costa diende gisteren zijn ontslag in. Hij nam die beslissing na verschillende aanklachten van corruptie en vriendjespolitiek bij concessies voor de uitbating van lithiummijnen en een waterstofproductieproject. De Portugese politie voerde gisteren verschillende huiszoekingen uit, onder meer in de ambtswoning van Costa. Volgens Costa is zijn geweten zuiver maar zijn naam en integriteit aangetast.
Costa werd regeringsleider in november 2015 na een alliantie tussen Costa’s Socialistische Partij en twee (radicaal-)linkse partijen, de communisten en het Linkse Blok. Dit betekende het einde van de conservatieve coalitie Portugal Ahead (Social Democratic Party, SDP, met de People’s Party, CDS-PP), die nochtans als winnaar uit de verkiezingen kwam en op weg was naar een nieuwe legislatuur van vier jaar. De leider van die formatie, Passos Coelho (SDP) werd daags na de verkiezingsuitslag zelfs al herbenoemd tot premier.
Na de stembusslag van 2019 koos Costa voor een gelijkaardig opzet, met dezelfde gedoogsteun ter linkerzijde. In 2021 weigerden zowel de communisten als het Linkse Blok echter de begroting voor 2022 goed te keuren. De regering viel. Nieuwe verkiezingen in januari 2022 mondden uit in een absolute meerderheid voor Costa en de socialisten. Politiek had hij het zelden comfortabeler. Toch was dit geen garantie voor stabiliteit. Tal van regeringsleden stapten op, om uiteenlopende redenen van beschuldigingen van corruptie tot wanbeheer. Gisteren eiste het sfeertje van schandalen zijn hoogste tol tot nog toe. De Portugese president Marcelo Rebelo de Sousa staat nu voor de keuze: ofwel duidt hij een nieuwe premier aan of ontbindt hij het parlement en schrijft hij nieuwe verkiezingen uit. In de meest recente polls staat de socialistische partij aan de leiding maar het verschil met de conservatieve SDP is een luttele drie procentpunt. Op de financiële markten nam het renteverschil tussen Portugal en Duitsland gisteren enkele basispunten toe. Dit kan onderliggend wijzen op wat nervositeit, te meer omdat deze zogenaamde kredietrisicopremies in de rest van de Europese periferie (Italië, Spanje, Griekenland) stabiliseerden of zelfs een beetje daalden.