Ogen tekort in drukke handelsweek

We zetten ons schrap voor meer volatiliteit op de markten deze week. Vijf verschillende verhaallijnen verdienen de aandacht. Het wordt moeilijk navigeren tussen deze obstakels, maar het voorzichtigheidsprincipe draagt onze voorkeur. Op de wisselmarkt gaan we er per saldo nog steeds vanuit dat de bodem onder EUR/USD sterk is en dat 1.0533 eerder zal sneuvelen dan de 1.02-zone.
Om te beginnen is er het Amerikaanse recessieverhaal. Het BBP-Nowcastmodel van de Atlanta Fed volgde eind vorige week recente vertrouwensindicatoren de dieperik in. Na zwakkere bestedingsdata en een groter goederenhandelstekort (beiden voor de maand januari) spuide het model een geannualiseerde BBP-krimp van 1.5% uit voor het eerste kwartaal. Vooral de netto-exportcomponent weegt door. Voor de cijfers ging de Nowcast nog uit van 2.3% groei op jaarbasis in Q1. De boodschap en vooral de richting komt binnen, ook al zijn het nog maar de eerste harde cijfers voor begin 2025. In die context krijgen we deze week ISM-vertrouwensindicatoren en arbeidsmarktcijfers (ADP-rapport en payrolls). Wekelijkse werkloosheidsaanvragen toonden donderdag een eerste (DOGE-gerelateerde?) opsprong en kunnen al een impact hebben op aanwervingen in de publieke sector. We gaan nog steeds uit van asymmetrische risico’s waarbij de markt vooral op zwakkere cijfers reageert. Vrijdagavond laat Fed-voorzitter Powell zijn licht schijnen over de economische toekomst en implicaties voor het monetaire beleid. De Amerikaanse geldmarkt houdt ondertussen opnieuw rekening met een volgende renteknip in juni.
In Europa ligt het zwaartepunt op donderdag. De ECB zal de beleidsrente met 25 bpn verlagen tot 2.5%. In haar beleidsverklaring valt de verwijzing naar een restrictief monetair beleid in principe weg, wat het debat opent over de volgende stappen. Verschillende ECB-leden hielden een pleidooi voor een pauze in de rentecyclus lager in april, ons voorkeursscenario. De Europese geldmarkt schat de kans na hogere inflatiecijfers vanochtend in op zo’n 40%.
Een derde piste is het tarievenverhaal. Morgen loopt de Amerikaanse deadline voor China, Canada en Mexico af. De extra 10% voor China zal er komen. Voor de buurlanden is alles nog mogelijk gaande van de volle pot (25%) over een verlaagd tarief tot nieuw uitstel. Volgende week (12 maart) volgt een beslissing over heffingen op staal en aluminium en op 2 april weten we meer over de wederzijdse heffingen en andere kwetsbare sectoren (wagens, semiconductoren, farma).
Nummer vier is het vredesproces in Oekraïne. Vrijdagavond kwam het net niet tot een handgemeen tussen presidenten Trump en Zelensky. In plaats van het opstapje (ondertekenen van grondstoffendeal) naar bredere onderhandelingen, volgde een veiligheidstop in Londen. Europa wil meer initiatief nemen voor een vredesplan. Ze hoopt een voorlopige wapenstilstand (1 maand) te bereiken op zee, in de lucht en tegen (energie)infrastructuur om tijd en vertrouwen te winnen en om de grondstoffendeal nieuw level in te blazen. Op donderdag komt de bredere Europese raad samen. Europese landen zijn bereid om snel te schakelen in defensie-uitgaven en zijn bereid om de begrotingsregels opnieuw naar de achtergrond te schuiven.
Tot slot is de blik vanaf woensdag ook op China gericht. Het volkscongres klopt af op groei- en begrotingsdoelstellingen. Chinees president Xi Jinping zet in principe nog meer fiscale stimulus in de steigers en komt mogelijk met tegenmaatregelen in de tarievenoorlog.
Mathias Van der Jeugt, KBC Marktenzaal
EUR/USD: week van de waarheid?
