Duitse GroKo in de maak

De Duitse kiezers trokken gisteren naar de stembus. Dat deden ze massaal: met 84% was de opkomst het grootst sinds de Duitse eenmaking in 1990. Dat geeft meteen een indicatie over het belang van de verkiezingen, zowel voor een ploeterend Duitsland als voor Europa, dat nood heeft aan leiderschap, daadkracht en besluitvaardigheid.
Als peilingen op de rand van de irrelevantie balanceerden, dan kropen ze zopas door het oog van de naald. Ze voorspelden de uitslag op om en bij een procentpunt na. De verkiezingsoverwinning was voor de CDU en haar Beierse zusterpartij CSU. De christendemocraten scoren bijna 29%, een verbetering met ongeveer 4.5 ppt t.o.v. de verkiezingen in 2021. Uiterst rechts (AfD) komt op de tweede plaats. Ze verdubbelt haar aandeel tot bijna 21%. De socialisten (SPD) van huidig kanselier Scholz strijken het brons op maar niet zonder een pandoering. Met 16% behalen ze de slechtste score in meer dan 100 jaar. De andere twee partijen van de zogeheten “verkeerslichtcoalitie” die tot november vorig regeerde, werden ook afgestraft. De Groenen verleidden slechts 11.6% (-3 ppt) van de kiezers. De Duitse kiezer trok de neus op voor de fiscaal-orthodoxe liberalen. De FDP weigerde om het schuldenplafond op te heffen, wat leidde tot de val van de regering. Ze zetten er zichzelf buitenspel mee (< 5%-kiesdrempel).
De nog maar pas (in 2024) opgerichte BSW van Sahra Wagenknecht neemt met 4.97% evenmin deel aan de parlementaire debatten. 0.03 ppt meer en de coalitievorming lag een pak moeilijker. De zetels van partijen die de kiesdrempel niet halen, worden verdeeld op een manier die de grootste(n) bevoordeelt. Daardoor is de vorming van een Grote Coalitie tussen CDU/CSU en SPD mogelijk én waarschijnlijk (328 van de 630 zetels). GroKo zwaaide al in drie van de afgelopen negen legislaturen sinds de eenmaking de plak. Het is dus vertrouwd terrein. Bovendien zijn de ideologische verschillen tussen slechts twee coalitiepartijen in principe makkelijker te overbruggen. Haalde BSW (of FDP) toch de drempel, dan zaten de Groenen mee aan de onderhandelingstafel. CDU/CSU haalt samen met AfD een ruimere meerderheid van 360 zitjes maar het cordon sanitaire verhindert een regeringsdeelname door die laatste.
Staartrisico’s die de Duitse politiek naar Frans voorbeeld in een impasse stortten, voltrokken zich dus niet. Voor de euro(rente) is dat niettemin een te wankele basis om van te vertrekken. De kleine zucht van opluchting in EUR/USD vanmorgen en de hogere opening van de Duitse rentes was van korte duur. De EU kampt met veel demonen die voorlopig nog zwaar(der) doorwegen. Maar met de al bij al gunstige Duitse verkiezingsuitslag ebt hoe dan ook een van de vele belangrijke onzekerheidsbronnen weg. De toekomstige kanselier Merz geeft zichzelf maximaal twee maand voor een nieuwe regering. Daarna moet het vol aan de bak. Duitsland en bij uitbreiding Europa moet opnieuw en meer dan vroeger op de kaart: economisch, militair en politiek. Daar hangt een stevig prijskaartje aan vast: investeringen in infrastructuur en defensie, minder bureaucratie, de productiviteit opkrikken, koopkracht ondersteunen, de heroriëntatie van de verouderde industriële machine … Zowel de CDU/CSU als SPD zijn het eens over een hervorming van het schuldenplafond. Zo’n grondwetswijziging vereist wel een tweederdemeerderheid in het parlement. Steun vanuit de oppositie is daarom nodig. Vooral bij AfD en Die Linke (8.8%) wordt dat nog het betere massagewerk.
EUR/USD breekt voorlopig geen technische weerstanden ondanks gunstige Duitse verkiezingsuitkomst
