Profiteert USD van iets gunstigere marktcontext?

De Amerikaanse S&P 500 beursindex sloot vrijdag boven de niveaus van Trump’s “Liberation Day” (2 april) en gomt daarmee op een kleine maand tijd de initiële verliezen van zo’n 15% uit. De jaartop ligt nog steeds een kleine 10% hoger dan de huidige koersen. De remontada komt vooral op het conto van Trump’s mildere toon en “toegevingen” ten opzichte van het zeer agressieve (handels)openingsbod. Betere bedrijfsresultaten voor het eerste kwartaal (vooral big tech) en sterkere arbeidsmarktcijfers geven de burger ook moed.
Eind vorige week lag de focus vooral op de relatie met China. Uit Amerikaanse hoek klonk eerder dat de huidige tarievenmuren impliciet tot een ongewenst embargo leiden. De Amerikaanse zakenkrant Wall Street Journal verwees nadien naar Chinese bronnen die via de fentanylproblematiek een opening willen forceren tot bredere handelsgesprekken. Via officiële kanalen eist China niet langer een stevige verlaging van importtaksen als sine qua non voor de start van officiële onderhandelingen. Amerikaans president Trump temperde vanochtend alvast de verwachtingen over echte vooruitgang deze week. Zijn focus ligt op het sluiten van eerste bilaterale handelsakkoorden (India, Zuid-Korea, Japan). Die geven meteen een indicatie over hoe toekomstige handelsrelaties er kunnen uitzien en hoe ver wederkerige tarieven (permanent) kunnen zakken. Tegelijk zijn ze een toets voor de kracht van de beursrally, die voorlopig nog steeds eerder gedreven is door hoop dan door werkelijkheid.
Behalve het dominante handelsnarratief kijken we deze week vooral uit naar de Fed-beleidsvergadering op woensdag. De kans is groot dat een nieuwe presidentiële tirade aan het adres van Fed-voorzitter Powell nadien meer aandacht krijgt dan de effectieve beleidsbeslissing. Een verlenging van de rentepauze wordt het verdict. Na een sterk Amerikaans arbeidsmarktrapport voor de maand april gooit de rentemarkt stilaan de handdoek in de ring wat betreft snelle Fed-renteverlagingen. De kans op een renteknip in juni halveerde van zo’n 60% tot 30%. In juli is een 25 bpn-renteverlaging wel volledig verdisconteerd. Ons voorkeursscenario blijft dan ook monetaire stabiliteit minstens tot na de zomer. Zolang de arbeidsmarkt niet kraakt, sleept de pauze aan. De focus van de Fed ligt eenzijdig op stevige opwaartse inflatierisico’s voor de VS als gevolg van het handelsbeleid. Na het payrollsrapport veerde het korte eind van de Amerikaanse rentecurve (2j) meer dan 10 basispunten op (tot 3.82%). Omwille van de agressieve positionering van geldmarkten is er ruimte voor een verder herstel richting 4%. Op de wisselmarkt zijn het positievere risicoklimaat en de rentebeweging de dollar tot steun. Voorlopig spreken we eerder van een einde aan vervolgverliezen dan van een USD-comeback. De vorige EUR/USD-weerstandszone van 1.1274/76 is nu de eerste, en belangrijke, technische referentie. Een breuk lager (bv na Fed-meeting) heeft potentieel richting 1.10, maar EUR/USD blijft op middellange termijn een buy-the-dipverhaal.
Mathias Van der Jeugt, KBC Marktenzaal
EUR/USD (weekgrafiek): profiteert USD op korte termijn van iets gunstigere marktomstandigheden?
