Van normalisatie naar verstrakking…
De Fed lift-off is een feit! De Amerikaanse centrale bank verhoogde haar Fed Fund rente met 25 bpn tot 0.25/0.50%. Powell en Co veranderen het geweer ook volledig van schouder. In de beleidsverklaring van januari stond nog iets over groeirisico’s in verband met corona en het ondersteunen van bedrijven en gezinnen. Dat is voltooid verleden tijd. De economie is meer dan sterk genoeg. Vanaf nu is het alle hens aan dek in de strijd tegen een inflatie die veel te ver is weggelopen van de 2.0% doelstelling (7.9% in februari). De gouverneurs trokken de nieuwe inflatieprognoses nog maar eens fors hoger: 4.3% dit jaar (van 2.6%); 2.7% in 2023 (van 2.3%) en 2.3% in 2024 (van 2.1%). Inflatie blijft dus over de hele periode boven 2.0%. Dat gaat nochtans samen met een al even forse bijstelling van het verwachte rentepad. De mediaanvoorspelling voor eind dit jaar is opgetrokken tot 1.875%. Dit komt overeen met 7 verhogingen van 25 bpn. Powell bevestigde dat één verhoging op elke vergadering realistisch is, maar meer kan. Indien nodig komen er stappen van 50 bpn. Gouverneur Bullard van de St Louis Fed wou dat nu al. Volgend jaar komen er nog 3-4 verhogingen bij tot een niveau van 2.8% voor zowel eind 2023/24. Daarmee zou de beleidsrente boven de neutrale rente (ingeschat op 2.4%) stijgen. We spreken dan niet langer van de afbouw van stimulus maar van echte verstrakking.
Of dit niet op de groei zal wegen? Powell (en het beleidscomité) zijn er vrij gerust in. De groeiverwachting voor dit jaar werd dan wel verlaagd van 4.0% tot 2.8%. Voor 2023 en 2024 bleef ze onveranderd op 2.2% en 2.0%. De economie blijft daarmee groeien aan een tempo boven de natuurlijke trend (1.75%). Bovendien gebeurt dat in een context waar werkloosheid (3.5%/3.6%) beneden het evenwichtsniveau (4.0%) blijft en dus onderliggende inflatoire druk creëert. Het groei-optimisme binnen de Fed is groot. Het communiqué vermeldt de onzekerheid omwille van de oorlog in Oekraïne. De eerste inschatting is dat dit vooral inflatierisico’s inhoudt, meer dan het mogelijk weegt op de groei. Conclusie. Het inperken van inflatie moet op termijn bijdragen tot een evenwichtige context voor groei en tewerkstelling! Wie durfde dit soort redenering pakweg een jaar geleden de wereld insturen?
Over de afbouw van de Fed-balans bleef Powell algemeen. In mei stelt ze de blauwdruk voor en kort daarna start het terugschroeven van de obligatieportefeuille. Het schema is geïnspireerd op de afbouw in 2017/2019, maar begint veel vroeger in de cyclus en zal veel sneller gaan. Bijkomende verstrakking dus.
De marktreactie was constructief. De geldmarkt en de Fed zitten voor dit jaar op dezelfde lijn. De 2-j rente steeg na de beslissing even 15 bpn, maar sloot ‘slechts’ 9 bpn hoger. Verder werd de curve opnieuw vlakker (5-j +7.6 bpn, 10-j + 4.1 bpn, 30-j minus 2.2 bpn). De vlakke curve op het 5-10-j segment (zelfde niveau, vanmorgen zelf licht invers) kan er op wijzen dat de rentemarkt enige reserve heeft over de mogelijke impact van de verstrakking op de groei. De beurzen vonden zich in de visie van Powell dat de economie sterk genoeg is om de verstrakking te dragen. De Amerikaanse indices klokten 1.55% (Dow) tot 3.77% (Nasdaq) hoger af, al speelde hier ook het positief sentiment uit China en de hoop op een akkoord in de Oekraïnecrisis mee. De dollar profiteerde opnieuw niet van rentesteun. Na een kortstondige terugval sloot EUR/USD nabij 1.1035. Ook hier speelde het risk-on sentiment in het nadeel van de dollar. De markt houdt er rekening mee dat andere centrale banken hun anti-inflatie-inspanning ook zullen (moeten) opvoeren.