Markten wachten (alweer) op (meer) data

Eens te meer was de stemming op Wall Street (+1%) optimistischer dan in Europa (+0,1%). De Aziatische aandelenmarkten gingen vannacht weifelend van start, want de MSCI Asia-Pacific vertaalde zwakker Chinese huizenmarktdata en stabiele sentimentsindicatoren in een nulresultaat. Het is duidelijk dat het alweer een week wordt waarin we eveneens alweer ‘een pak data krijgen die inzicht zullen geven in de inflatie en de groei de komende maandenh’.

Hoewel het Amerikaanse banenrapport van komende vrijdag als hoogtepunt wordt aangemerkt, maakt dat voor de nakende renteverlagingen amper nog wat uit. Die komen er namelijk toch, zowel in de VS als in EU, waardoor de rentemarkt zich eveneens van zijn meer lethargische kant liet zien. Een overzicht!

Om maar te zeggen dat de financiële markten goed geluimd blijven, onder meer omdat de rentes eerder zullen dalen, dan stijgen. En dat geldt vooral voor de rentes op middellange termijn, maar net die zijn belangrijk voor onder meer bedrijfsfinancieringen. De 2- en 10-jaarsrente in de VS en Duitsland gingen alleszins niet nog eens lager en klokten net ietwat hoger af, respectievelijk op 3,92% en 3,91% en  2,38% en 2,29%. Veel schiet er dus niet meer over van de omgekeerde rentecurve.

Voor Europa is het vandaag afwachten in welke mate de de overwinning van extreemrechtse partijen in de Duitse deelstaatverkiezingen een nieuwe laag van politieke onzekerheid kan toevoegen. Dat doet ze natuurlijk, maar het is de vraag of de financiële markten daar erg wakker van liggen. Op de wisselmarkten beweegt de euro er alvast niet door (€1 = $ 1,1047), zeker niet nadat positieve Amerikaanse uitgavendata de dollar vrijdag al ondersteunde.

De belangrijke Caixin China General Manufacturing PMI-index steeg van 49,8 naar 50,4 punten in augustus, terwijl slechts op 50 punten werd gemikt. Vooral het aantal nieuwe orders trok aan, waardoor de productie sneller steeg in een betere onderliggende vraag. Terwijl de buitenlandse vraag daalde voor het eerst (lichtjes) op jaarbasis, stabiliseerde de werkgelegenheid zich na elf krimpmaanden opnieuw omdat de algemene vraag aantrok. En de inputprijzen daalden ook voor het eerst in vijf maanden, met dank aan lagere grondstofprijzen.

Samengevat ziet het plaatje voor de Chinese economie er nog altijd belabberd uit, maar verslechteren doet de situatie blijkbaar al niet meer. En die is ook zichtbaar in een stijging van het algemene ondernemerssentiment naar een hoogste peil in drie maanden. Dat is al iets, nietwaar? De Chinese blue chips verloren niettemin 1,2%, aangevoerd door verliezen in de vastgoedsector nadat uit een onderzoek bleek dat de groei van de huizenprijzen was vertraagd. 

Op de grondstoffenmarkt wordt vanaf oktober een hogere OPEC+ productie verwacht, terwijl de signalen van een trage vraag in China en de VS, 's werelds twee grootste olieconsumenten, aanhouden. Dat volgt op een bericht van de OPEC+, die een eerder ingeplande verhoging van de olieproductie vanaf oktober zal doorzetten. En dus worden er meer en meer vraagtekens gezet bij de toekomstige consumptiegroei, wat voor de olieprijzen zwaarder weegt dan militaire conflicten. De prijs voor een vat Brent-olie daalde zonet nog eens met 0,8% naar 76,32 dollar, nadat er vorige week al 0,3% afging. En wie goedkopere olie zegt, zegt lagere druk op de inflatie én opwaarts potentieel voor bedrijfsmarges.

Wall Street blijft vandaag gesloten omwille van Labor Day, dus van uit die hoek valt alvast niets te verwachten. Elders krijgen we wél een interessante mix, want er worden namelijk een pak PMI-sentimentsdata gepubliceerd over de verwerkende nijverheid in heel wat landen. Finale data over augustus komen er van Japan, VK, EU en Italië, terwijl er nieuwe data over augustus komen uit Italië, China, Noorwegen, Spanje en Zweden. Maar dat is het dan ook qua economische opwinding

Ook naar bedrijfsresultaten is het speuren vandaag. In België staat holding Bois Sauvage op de lijst, maar ook dat zal het zijn voor vandaag.