
Europese rentemarkt: nooit gezien
Uit het departement: “Monetair baken”

Deze week hadden we het vooral over de Amerikaanse rentemarkt die wordt heen en weer geslingerd door twijfel. De aanpak van de Trump-administratie voedt stagflatievrees en tegenstrijdige verwachtingen over de Fed-reactiefunctie. Blijft de prioriteit inflatie of wordt ze uiteindelijk gedwongen om groei een reddingsboei toe te gooien? Het is verre van een rechtlijnig verhaal. Zo’n duidelijke verhaallijn is er wel in Europa. De Europese rentemarkt ontkoppelt zich op een zelden geziene manier van wat alvast tot voor kort het monetaire baken was.
Een kort recapitulatie voor maart. De 2-j swap rente (2.32%) steeg 18 bpn. Fors, maar nog niet uitzonderlijk. Maar de 10-j klom van 2.34% eind februari tot 2.76% nu. De 30-j rente (2.66%) steeg 42 bpn! Dit soort stijgingen zijn letterlijk uniek in de geschiedenis van de eurozone. In de VS mag er dan veel onzekerheid zijn, in Europa is de marsrichting heel duidelijk. Europa trekt de kaart van een groei-ondersteund fiscaal beleid. Dat komt er in de eerste plaats om de eigen defensie uit te bouwen. Het ‘Re-arm Europe’ initiatief (€800 mld) en de Duitse voorstellen (infrastructuurfonds, minder strikte begrotingsregels voor de deelstaten, defensie-uitgaven deels buiten de begroting) sluiten naadloos op elkaar aan. Toegegeven, er is nog een institutionele factor (goedkeuring door de Groenen), maar volgens de markt is er geen weg terug. Alle marktcomponenten pikken het signaal op. Ceteris paribus leidt dit tot een hogere (potentiële) groei en hogere inflatie. Alles heeft zijn prijs. De kredietrisicopremies voor Europa en Duitsland moeten hoger. Concreet zien we zowel de reële rentecomponent als de inflatieverwachtingen aantrekken. De recente ontwikkeling haalt ook een ander ‘marktcuriosum’ onderuit. De schaarste aan Duitse kwaliteitsobligaties zorgde ervoor dat de Duitse rente onder de swaprente noteerde. Simpel gezegd, de markt was bereid om ‘iets’ te betalen om in Duits papier te mogen beleggen. Die negatieve premie, ook een constante sinds de start van de EMU (gemiddeld zo’n 35 bpn), ging de voorbije dagen op de schop. ‘Echt historisch’ vanuit marktperspectief. De Duitse 10-j rente noteert nu 15 bpn boven swap. We leven in zeer onzekere tijden en onder meer de reactie op eventueel agressiever dan verwachte handelstarieven tegen Europa kan voor schokgolven zorgen. Maar gezien de duidelijke, interne consistentie van de beweging gaan we er vanuit dat de trend een blijver is. Lange rentes van boven 3% komen eraan. Hoge tarieven versterken overigens alleen maar het belang (en verdere stimulering) van de binnenlandse vraag.
Wat betekent dit voor het ECB-beleid? Op dit ogenblik vindt ‘toevallig’ een ECB-conferentie in Frankfurt plaats. ECB-voorzitster Lagarde gaf alvast aan dat de combinatie van hogere tarieven en hogere (defensie-) uitgaven het moeilijker maken om de inflatie op 2% te houden. De ECB bestudeert de ontwikkelingen en maakt haar bevindingen bekend in het najaar. Op heel korte termijn staat de ECB mogelijk voor een tactische keuze. Na de verlaging tot 2.5% vorige week is het beleid duidelijk veel minder restrictief. Onder meer door de verwachte fiscale stimulering wordt de bewegingsruimte voor de ECB alsmaar kleiner. In dit verband begrijpen we dat de markt nog steeds een kans van 50% ziet op een volgende stap in april (eerder dan een pauze). Dat zou dan vooral een tactische laatste zet zijn voordat de window of opportunity zich sluit. Ook dit perspectief bevestigt alleen maar de stevige bodem onder de Europese rentes.
10-j Bund-swap spread: ‘historisch moment’ op EMU-rentemarkt
