Mee met de markt: "Dagje stilte op 4th of July"
Uit het departement: "Beursblik in een notendop"
Wat juli zal brengen is natuurlijk koffiedik kijken, maar als het van de eerste handelsdag afhangt ziet het er goed uit (Wall Street: +1%, Europa: +0,3%, China: +0,5%, Japan: +1,3%). Dat wil natuurlijk niet zeggen dat de Amerikaanse aandelenmarkt aan het herstellen is van de slechtste eerste jaarhelft sinds 1970. Van de 10 slechtste jaarbeginperiodes voor de S&P 500 sinds de Tweede Wereldoorlog, boekte de index slechts in de helft van de gevallen winst in de tweede zes maanden van het jaar. De gemiddelde stijging bedroeg volgens een rapport van Stovall zo’n 2,3%.
Zelfde verhaal voor de obligatiemarkten, die aan hun slechtste halfjaar bezig zijn sinds 1865 en waar enig soelaas in de vorm van structureel lagere rentes niet in zicht is. Tijdelijk is dat wel zo, want de 10-jaarsrente daalde in Duitsland en de VS tot 1,23% en 2,9%, weliswaar uit vrees door het scenario van een "harde landing". De dollar blijft stabiel (€1 = $1,0430), terwijl goud 0,11% stijgt tot 1 811 dollar per ounce en Bitcoin naar adem hapt op 19 114 dollar.
Potentiële brandhaarden
En die harde landing wordt meer en meer waarschijnlijk. Belangrijk factoren in dat verhaal zijn een heel aantal potentiële brandhaarden die niet zomaar passief aan het sluimeren zijn. Het resultatenseizoen komt binnenkort bijvoorbeeld weer op gang, met mogelijk heel wat neerwaartse bijstellingen van de winst- en omzetverwachtingen. Ook blijven de inflatiecijfers héél erg hoog, waardoor heel wat monetaire beleidsvergaderingen van centrale banken zullen leiden tot hogere rentes. En dan is er nog de groei, of het graduele gebrek daaraan. Dat maakt dat zo'n 90% van de respondenten in een recente grote enquête verwacht dat de VS in recessie zal glijden tegen het einde van 2023, omdat stijgende rentes de groei zullen doen verdampen.
Meer inflatienieuws. En grondstoffen.
Over inflatie gesproken. Vrijdag bleek dat de Europese inflatie in juni 2022 opliep tot een nieuwe recordhoogte van 8,6%, tegenover 8,1% in mei. Dat was meer dan verwacht (8,4%), omdat de prijzen bleven versnellen voor energie (+41,9%), voedingsmiddelen, alcohol en tabak (+8,9%), industriële goederen (+4,3%), terwijl ze licht daalden licht voor diensten (+3,4%). De kerninflatie daalde dan wel weer van 3,8% naar 3,7%.
Maar de kostprijs van energie blijft zeer hoog. Zo steeg de Europese gasprijs vrijdag tot 147,8 euro per MWh, wat niet ver van de vorige topkoersen is. Elders op de grondstoffenmarkten blijven de prijzen erg volatiel. Zo daalde de prijs voor industriële metalen met meer dan 30% sinds de piek, terwijl de energieprijzen dus wel nog aan piekkoersen noteren. Terwijl de eerste categorie op afkoeling en recessie wijst, trekt de tweede zich daar omwille van politieke redenen dus niets van aan.
Wat staat er vandaag op het menu?
Vandaag staat er erg weinig nieuws, en nog minder volume op het menu. Wall Street blijft gesloten om 4th of July te herdenken. Andere landen compenseren dat gebrek op het macro-economische menu amper, met in Europa enkel de publicatie van het investeerdersvertrouwen en het klimaatactieplan, terwijl Duitsland een handelsbalans in de aanbieding heeft en ECB -directeur Nagel de letterlijke stilte op mag vullen met alweer een speech.