
Mee met de markt: "Tech-bommen en raketinflatie"
Uit het departement: "Beursblik in een notendop"

(Chinese) Technologie kop van jut
De vrees voor al dan niet verplichte delistings van Chinese technologiebedrijven stond vrijdag centraal in de handel op Wall Street, waardoor de S&P500 -1,3% lager eindigde en de Nasdaq de kroon spande met een verlies van 2,2%. China koerst vannacht zo’n 2,6% lager, wat eveneens te wijten is aan de technologiesector.
De Hang Seng Tech index kreeg een klap van 7,8%, wat alweer "historisch” genoemd wordt. De Aziatische aandelen werden al geteisterd door het bredere onbehagen op de markt, en bovenop de vrees voor delistings van Nasdaq, komen daar nu een reeks maatregelen van Peking bovenop. Strengere regels van de Chinese Cyberspace regulator, dus, voor wat betreft online gaming, livestreaming, audio en video om de minderjarigen te beschermen. Dat kost sectorreuzen Tencent (-5,3%), Bilibili (-15,5%) en NetEase (-5,6%) een pak terrein.

Volatiliteit en onzekerheid troef
Weg van gaming en Chinese tech, verging en vergaat de klassieke industrie het veel beter. Europa ging vrijdag nog met 0,9% winst het weekend in, terwijl Japan vannacht 0,6% herstelt. Dat wordt deels toegeschreven aan de melding vanuit Rusland dat er behoorlijk wat voortgang is geboekt in de onderhandelingen met Oekraïne, maar volatiliteit blijft hoog en onzekerheid troef. We verwijzen daarbij ook naar bommen van Iraanse origine die vlakbij een Amerikaans gebouw in het Iraakse Erbil insloegen, terwijl China natuurlijk blijft lonken naar Taiwan. Op de valutamarkten trappelde de dollar alleszins ter plaatse (€1 = $1,0920).
Grondstoffen boven
Beleggers blijven de portefeuilles ondertussen afstemmen op een mogelijk langere periode van hoge grondstofprijzen, waardoor de inflatie kan en zal verergeren om zo de aantrekkende groei in de kuiten te bijten. Sinds begin 2022 vloeide al zo’n 10,5 miljard dollar naar grondstoffenfondsen en -trackers. De prijzen voor tarwe en koper noteren op hun hoogste niveau ooit, terwijl de nikkelprijs verdubbelde en de Amerikaanse infrastructuurwet van 1 triljoen dollar uit november 2021 de vraag naar staal, cement en andere grondstoffen verhoogt.
De prijs voor een vat Brent ruwe olie noteert op 110 dollar per vat en is sinds het begin van het jaar met 43% gestegen, onder meer omdat Saoedi-Arabië (vooralsnog?) doof blijft voor de vraag om extra olie op te pompen. De huidige prijs voedt de vrees voor een recessiescenario, onder meer omdat de consument een langdurige periode van hoge energieprijzen zal vertalen in een voorzichter bestedingspatroon.

Wat staat er vandaag op het menu?
Vandaag staat er amper bedrijfs- en/of macro economisch nieuws op de agenda, maar beleggers kijken wel al reikhalzend uit naar de beleidsvergadering van de Amerikaanse Federal Reserve en de Britse Bank of England. Beide zullen naar verwachting de eerste renteverhoging sinds 2018 aankondigen, omdat de consumentenprijzen vorige maand aan het snelste tempo zijn gestegen in 40 jaar.
De rentes bleven daarom opwaartse druk ondervinden van verkoopdruk in de obligatiemarkten. In de VS noteert de 10-jaarsrente op 2,05%, tegenover 0,26% in Duitsland, waarmee de vlucht naar veiligheid kort na de inval in Oekraïne helemaal uitgewist werd. De Amerikaanse 2-jaarsrente steeg naar 1,79%.
