Mee met de markt: “Alle ogen op de Amerikaanse Inflatie. En op de Denver Nuggets”

In de VS stond techbeurs Nasdaq andermaal in vuur en vlam (+1,5%), terwijl de S&P500-index voor de eerste keer sinds augustus 2022 afsloot boven de grens van 4300 punten. Die aangehouden winstreeks levert ondertussen een heel pak aandelen een hoogste notering op van de voorbije 52 weken. Voorbeelden zijn Adobe, Boeing, Carnival, Shopify, Sofi, TSMC, Uber en ga zo maar door. En dat schijnbaar onder het credo: “we love recession”, of toch iets in die aard. Een beetje zotjes, maar zo gaat dat soms om de beurs. En op de basketvloer, want Nikola ‘The Joker’ Jokic sleepte de Denver Nuggets vannacht de wereldbeker basketbal naar zich toe.

.In Europa (+0,15%) verliepen de festiviteiten heel wat minder uitbundig, ondanks de Stoxx 600 op 265 punten noteert. Dat is vlakbij het hoogste peil ooit, 270,11 punten op 5 januari 2022. Iedereen blij, maar vooral die beleggers die altijd in de markt blijven zitten. “Time in the market beats timing the market”. De BEL20 schreef er 0,7% bij in wat niet meteen een Olympische prestatie te noemen is. Hopelijk doet Nina Derwael binnenkort beter.

Gisteren mocht de dollar (€1 = $1,0779) zich bij de verliezers scharen, ondanks de Amerikaanse en Europese rentes stabiliseerden. Dat is logisch, want niemand wilde risico nemen in afwachting van de hele belangrijke Amerikaanse inflatiedata die we vandaag om 14u30 aangereikt zullen krijgen. De stijging van de consumentenprijzen zou in mei gedaald moeten zijn van 4,9% naar 4,1% op jaarbasis, met een kerninflatie die van 5,5% naar 5,3% zou moeten dalen. 

Dat cijfer is cruciaal voor het rentebeleid van de Federal Reserve. Die start vandaag haar tweedaagse vergadering om morgen een “pauzemoment” in te lassen. Geen renteverhoging, dus, maar ook geen renteverlaging. Afwachten, wat zoals gezegd gebeurde met winst voor Wall Street: de aandelen blijven er doorstijgen, omdat beleggers zich nu al positioneren voor een lagere rente.

In China blijft de verhoopte groeispurt na de heropening van de economie grotendeels uit. Daarom verlaagde de centrale bank, de People's Bank of China voor de vrienden, vannacht onverwacht haar belangrijkste (repo) rentetarief met 10 basispunten tot 1,9%. Dit was de eerste verlaging sinds augustus 2022. Nog opvallender is dat zo’n ingreep normaal pas volgt op een wijziging van de 1-jaarsrente, maar dat staat pas donderdag op het menu. De verklaring? De Chinese economie wobbelt en de centrale bank wil alles in het werk stellen om de reële economie te ondersteunen. Lees: een beetje paniek maar.

Maar van paniek is er op de Aziatische beursvloer zeker geen sprake. De Chinese CSI300 kreeg er 0,24% bij, terwijl Nikkei 225 0,9% steeg tot meer dan 32.700 punten. Dat is het hoogste niveau sinds 1990, eveneens omdat beleggers hopen dat de inflatiedruk verder zal afnemen. Een andere belangrijke factor is dat het Japanse ondernemerssentiment in het tweede kwartaal merkelijk verbeterde, met robuuste vooruitzichten voor het derde en vierde kwartaal. Dat verklaart waarom cyclisch gevoelige aandelen bovenaan de lijst prijkten: SoftBank Group (6,3%), Toyota Motor (2,9%), Advantest (3,5%), Tokyo Electron (2,8%) en Mitsubishi Corp (1,2%).

Zo, over naar de handel. En naar vers economisch nieuws. Naast de Amerikaanse inflatie kijken we naar het Britse arbeidsmarktrapport en de belangrijke Europese en de Duitse ZEW-sentimentsindicator voor juni. Qua bedrijfsnieuws moeten het we stellen met cijfers van Ashtead, Colruyt en Qudian, al wegen die heel wat minder zwaar door dan het economische nieuws.