Lagarde: binnenkort geen negatieve rentes meer
Uit het departement:" Een nieuw tijdperk"
Een opvallende zet van Christine Lagarde gisteren. In een blog op de ECB-website schetst de voorzitster het actuele kader voor het beleid en trok opvallend concrete conclusies. Belangrijkste conclusie: aan het einde van het derde kwartaal behoren negatieve ECB rentes tot het verleden.
Een nieuw tijdperk
Eerst naar het algemeen kader. De ECB komt (eindelijk) tot de conclusie dat het tijdperk van inflatie structureel beneden de 2%-doelstelling voorbij is. Als gevolg van het beperkte olieaanbod door OPEC+ en de oorlog in Oekraïne stijgen energie- en voedselprijzen fors. Een verschuiving in vraag en aanbod tijdens de pandemie leidde tot goedereninflatie. Ook het herstel van de dienstensector post-corona krijgt de maken met aanbodbeperkingen die zich vertalen in opwaartse prijsdruk.
Naast cyclische factoren spelen structurele ontwikkelingen een rol. Zo leiden de-globalisatie en sommige stappen in de groene transitie, al of niet tijdelijk, tot hogere kosten. Inflatie zal waarschijnlijk niet blijvend terugvallen beneden 2%. Het beleid moet dan ook niet langer extreem stimulerend blijven. Lagarde kondigt openlijk het einde aan van het inkoopprogramma APP aan het begin van het derde kwartaal. De rente kan dan op 21 juli worden verhoogd met een volgende stap in september, wat het einde betekent van negatieve rentes.
Zeker in de huidige onzekere context laat de ECB zich nog steeds leiden door de principes van geleidelijkheid, optionaliteit en flexibiliteit. Wat dit laatste betreft, kan de ECB nieuwe tools in het leven roepen wanneer de gelijkmatige implementatie van het beleid voor het geheel van de euro zone verstoord wordt (lees: wanneer de spreads in de periferie te hoog oplopen). Later is het de bedoeling dat de ECB de rente geleidelijk optrekt naar een neutraal niveau, al specifieert Lagarde niet waar ze dit niveau concreet ziet (1,5%?) en hoe snel dat zal gaan.
Op het eerste gezicht brengt deze blog vooral duidelijkheid. Dat is uiteraard deels zo. Toch roept onder meer de timing en het zeer concreet rentepad ook vragen op. Waarom juist nu? Liet het beleid zich niet leiden door de laatst beschikbare data (inflatiecijfers volgende week) en door de nieuwe ECB-vooruitzichten, beschikbaar op de vergadering van 9 juni? Er deden gisteren geruchten de ronde dat de ‘haviken’ niet zo gelukkig waren met de demarche van de voorzitster. Was het een poging om het debat over een eventuele verhoging met 50 bpn (o.a. vorige week gesuggereerd door de Nederlandse gouverneur Knot) de wind uit de zeilen ten nemen? Toch maar uitkijken dus hoe het debat evolueert als de (kern)inflatie opwaarts blijft verrassen.