
KBC Economics verwacht meer inflatie, met voorzichtig groeiherstel
Uit het departement: “Update”

In de maandelijkse update verhoogt KBC Economics de inflatieverwachting voor Europa en de VS, terwijl de Chinese bbp-groei voor 2024 opgevijzeld werd naar 5,1%. Aan de groeiverwachtingen voor de VS werd niet gesleuteld, wat wel zo is voor Europa. Op het rentefront wordt nu gemikt op twee renteverlagingen door de Fed, vanaf kwartaal drie, tegenover drie renteknips voor de ECB, te beginnen vanaf juni.
Blikvangers
- Geopolitieke spanningen hebben de grondstoffenprijzen de afgelopen maand opgedreven. De bevoorradingsbeperkingen van de OPEC+, samen met de escalerende spanningen tussen Israël en Iran, hebben de energieprijzen in maart en begin april opgedreven. De olieprijs schommelt nu rond de 90 USD per vat (tegenover 82 USD in maart). De gasprijzen stegen in maart met 9% tot 27 EUR per MWh. De prijzen van niet-energetische grondstoffen stegen ook. De metaalprijzen klommen met 2%, de voedingsprijzen met 1,3%. Opvallend was de scherpe stijging van de goudprijs.
- De inflatie in de eurozone daalde in maart van 2,6% naar 2,4% en blijft dus op een neerwaarts pad. De voedingsprijsinflatie daalde aanzienlijk, terwijl de energie-inflatie toenam, maar nog altijd negatief is. De kerninflatie daalde van 3,1% naar 2,9%, dankzij een aanhoudende daling van de kerninflatie voor goederen. De diensteninflatie bleef ongewijzigd op 4% en levert nu de grootste bijdrage aan de inflatie in de eurozone. Gezien de stijging van de wereldwijde energieprijzen verhogen we onze prognose voor 2024 van 2,4% naar 2,6%, terwijl we die voor 2025 van 2% handhaven.
- De inflatoire impulsen in de VS blijven te hoog. In maart liep de inflatie er op van 3,2% naar 3,5%. De energieprijzen stegen aanzienlijk, terwijl de voedingsprijsinflatie gematigd was. De kerninflatie bleef op 3,8%, waarmee de daling van de afgelopen maanden een halt werd toegeroepen. De kerninflatie steeg met 0,4% op maandbasis door een sterke inflatie van diensten en huisvesting. De goederenprijzen daalden dankzij lagere autoprijzen. De inflatieverwachtingen van consumenten stegen ook aanzienlijk. We verhogen onze inflatieverwachting voor 2024 van 3,2% naar 3,3% en handhaven onze prognose voor 2025 van 2,5%.
- De economie van de eurozone vertoont de eerste voorzichtige tekenen van beterschap. De sentimentsindicatoren zijn verbeterd, maar blijven zwak, vooral in de verwerkende nijverheid en de bouw, omdat de monetaire condities krap blijven. Ook het consumentenvertrouwen verbetert. De verbetering wordt vooral waargenomen in Zuid-Europese economieën, terwijl de Duitse groeivooruitzichten zwak blijven. Wij verhogen onze groeiprognose voor de eurozone voor 2024 licht van 0,4% naar 0,5%, maar handhaven onze prognose voor 2025 van 1,3%.
- De Amerikaanse economie blijft gezond. Consumenten blijven geld uitgeven, terwijl de uitgaven van de verwerkende nijverheid en de overheid hoog blijven. De productiecapaciteit in de VS neemt ook toe. In maart kwamen er in de VS 303.000 banen bij, terwijl de werkloosheid daalde en de participatiegraad steeg. Het gemiddelde aantal gewerkte uren per week steeg ook. We handhaven dus onze groeiprognoses van 2,4% en 2% voor respectievelijk 2024 en 2025.
- Uiteenlopende groei- en inflatietrajecten tussen de VS en de eurozone zullen allicht leiden tot een uiteenlopend beleid van de Fed en de ECB. Gezien de sterke groei- en inflatievooruitzichten in de VS verwachten we nu dat de Fed op zijn vroegst in het derde kwartaal van 2024 zal beginnen met renteverlagingen en dit jaar slechts twee keer zal knippen in de rente. Daarentegen verwachten we nog altijd dat de ECB op haar vergadering in juni zal starten met renteverlagingen, al gaan we nu uit van slechts drie renteknips dit jaar in plaats van vier. Door een toenemende rentespread hebben we ook onze prognose voor EUR/USD verlaagd.
- De Chinese bbp-groei verraste opwaarts in het eerste kwartaal van 2024. Daarom hebben we het groeivooruitzicht voor 2024 bijgesteld van 4,7% naar 5,1%. Er zijn echter nog altijd structurele problemen en naar het einde van het eerste kwartaal toe waren er tekenen van een vertragend groeimomentum. Daarom blijft onze algemene visie op de Chinese economie voorzichtig.