Fed kwam, zag en hakte in de rente
Onverwacht. Dat is het minste wat je kan zeggen van de tussentijdse, noem het gerust nood-, vergadering die de Amerikaanse centrale bank (Fed) gisteren hield. Voorzitter Powell maakt zich ernstig zorgen over corona en de negatieve impact die het virus kan (zal?) hebben op de Amerikaanse economie. Hij riep in allerijl de mede Fed-gouverneurs samen voor een korte maar krachtige meeting en ging over tot een renteverlaging van maar liefst 50 basispunten. De beleidsrente bedraagt nu 1% - 1.25% … voorlopig toch.
Na drie opeenvolgende renteverlagingen, verbond de Fed er zich eind vorig jaar toe om minstens voor even de kat uit de boom te kijken. Ze voorspelde inactiviteit gedurende het verkiezingsjaar 2020. Powell hield wel een belangrijke stok achter de deur. De centrale bank kon van koers wijzigen in geval van een “substantiële wijziging” in de economische vooruitzichten. Voor de Fed-voorzitter voldoet corona aan die voorwaarde. Het dreigt de op heden nog steeds sterke Amerikaanse economie te ondermijnen nu het virus ook daar neerdaalde. De ermee gepaard gaande onzekerheid riskeert bovendien ongewenste financiële verstrakking uit te lokken. Het 10-koppig comité besloot unaniem tot actie. Na Australië, is de “coronacut” nu ook een feit in de VS. Met de herintroductie van “act as appropriate” in het communiqué, signaleert de Fed bovendien bereidheid om indien nodig nog verder te gaan. Powell waarschuwde wel, zeer terecht, voor de tekortkomingen van monetair beleid in de huidige situatie. Het is niet effectief, noch voldoende om de gevolgen van een aanbod- (ontwrichte productieketting) én een vraagschok (onzekerheid die op consumptie weegt) op te vangen. Hij roept op tot een fiscaal antwoord.
Zo’n tussentijdse beleidsvergadering is hoogst uitzonderlijk. Ook de omvang van de renteknip (50 basispunten) is niet alledaags. De geschiedenis leert dat dergelijke maatregelen enkel plaatsvonden in tijden van een snelle én dramatische verslechtering van de financieel-economische context. Herinner 2001 en 2008. In beide gevallen belandde de VS in een recessie. Wij leiden uit de beleidsbeslissing gisteren af dat de Fed in het coronavirus méér ziet dan een door velen veronderstelde tijdelijk oponthoud. Dat was ook het enige signaal dat de markt oppikte: wat als de Fed gelijk heeft? Wat als corona de al laat-cyclische economie in recessie knikkert? En welke middelen resteren de monetaire én fiscale autoriteiten, in de VS maar ook wereldwijd, nog om die te counteren?
De vraag stellen is ze beantwoorden, aldus de markt. Amerikaanse aandelen gleden bijna 3% uit na de beleidsbeslissing. De rentes aan het korte eind van de curve donderden 20 bpn verder naar beneden tot niveaus niet meer gezien sinds 2016. De tienjaarsrente zet(te) andermaal een laagterecord beneden de 1% neer. Beleggers voeren de druk op de Fed onverminderd op. Ze verdisconteren voor de volgende, “officiële” beleidsvergadering op 18 maart nóg een renteknip van bijna 50 bpn. En als de analogie met 2008 standhoudt, krijgt ze nog gelijk ook. De schade voor de dollar bleef verrassend beperkt: EUR/USD stabiliseerde in de hoge 1.11. De USD stond wel al eerder onder druk omwille van speculatie op de Fed. Dat die nu de daad bij het woord voegt, kan andere centrale banken, waaronder de ECB, tot actie nopen. ECB-rentespeculatie bouwt op maar zal volgens ons bij gebrek aan ruimte snel misplaatst blijken. Die relatieve monetaire verhouding blijft daarom minstens op korte termijn wellicht wegen op de dollar. Vanuit technisch oogpunt is EUR/USD 1.1239/50 een belangrijk referentiepunt.