Italiaanse rebel opnieuw op het strafbankje?
Italië. Sinds jaar en dag het Europese zorgenkind dat een loodzware schuldenberg torst en het economisch waakvlammetje amper brandende houdt. Dat laatste zouden Di Maio’s Vijf Sterrenbeweging en Salvini’s Lega met een ambitieus (lees: onbetaalbaar) programma veranderen. De Italiaanse regering ging daarvoor meermaals in de clinch met de Europese Commissie, notoir prediker van de fiscale orthodoxie. Het zorgenkind bleek tevens een luide rebel die in november vorig jaar moest plaatsnemen op het strafbankje. De Commissie zette die zogenaamde “excessive debt procedure” stop na een hardbevochten compromis. Het overeengekomen tekort van 2.04% was evenwel gebaseerd op groeivooruitzichten die al snel te optimistisch bleken. De initieel vooropgestelde – maar verworpen – 2.4% oogt een pak realistischer.
Het zou van weinig politiek inzicht getuigen mocht de Europese Commissie net voor de cruciale Europese verkiezingen Italië opnieuw op de vingers hebben getikt. Dus deed ze dat de dag nadien. Gisteren raakte bekend dat de EC overweegt om de disciplinaire procedure nieuw leven in te blazen. Het is pas een eerste stap in een bijzonder langdradig proces maar de uiteindelijke boete kan oplopen tot 0.2% van het BBP (zo’n 3.5 miljard euro). Het nieuws bezorgde investeerders koude rillingen. Zij vrezen een herhaling van het maandenlange getouwtrek in 2018. De Italiaanse kredietrisicopremie – het renteverschil tussen Italiaanse en Duitse overheidsobligaties – dikte prompt 10 basispunten aan en loopt ook vandaag verder uit. Het renteverschil bedraagt nu ongeveer 285 basispunten. Ter vergelijking: op het hoogtepunt van de Italiaans-Europese clash klom het verschil op tot 327 punten.
Nochtans is (een deel van) de oplossing voor het buitensporig tekort en de oplopende overheidsschuld relatief eenvoudig. Volgens Claudio Borghi althans. Salvini’s economisch adviseur ziet een nieuwe rol weggelegd voor de ECB. De centrale bank is ondertussen bijzonder kundig in het opkopen van obligaties, waarom dan ook niet die van de Europese Investeringsbank (EIB)? Het concept is even simpel als controversieel: met ECB als grote opkoper, kan de EIB zich uiterst goedkoop financieren. Die middelen worden aangewend ter ondersteuning van Europese (liefst Italiaanse) infrastructuurprojecten. Een vorm van kwantitatieve versoepeling voor infrastructuur, zeg maar.
Het voorstel doet de wenkbrauwen fronsen. Het ruikt naar (in)directe monetaire financiering en dat is de ECB strikt verboden. De centrale bank vocht in een niet zo ver verleden nog een dispuut rond het huidige opkoopprogramma uit voor het gerecht. Het is dan ook weinig waarschijnlijk dat ze Borghi’s suggestie echt au sérieux neemt. Toch klasseren we de Italiaanse démarche niet zonder meer. Er heerst onder politici al langer het gevoel dat de ECB meer kan en moet doen om de Europese economie uit het slop te halen. Italië is de eerste die dat gevoel in een concreet voorstel giet. De eerste, maar misschien niet de enige. Dat kan de ECB op termijn in een benarde positie brengen …