‘Goed’ nieuws: geen nieuwe negatieve verrassing

Vanochtend kregen we de Europese PMI-vertrouwensindicatoren voor december voorgeschoteld. De voorbije maanden waren de PMI’s vaak grimmige lectuur: een verhaal van fors krimpende activiteit in kernlanden Duistland en Frankrijk die de rest van de eurozone ter nauwer nood goedmaakte. De culminatie van slecht nieuws duwde de samengestelde Europese PMI vorige maand duidelijk beneden de 50-grens die economische groei van contractie onderscheidt. Analisten hoopten vandaag op niet meer dan een stabilisatie op (zeer) laag niveau gezien de aanhoudende negatieve nieuwsberichten (zowel politiek als economisch).
Het goede nieuws is dat de algemene index lichtjes verbeterde van 48.3 tot 49.5. Een herstel in de dienstensector (51.4 van 49.5) tot groeiniveaus van september en oktober compenseerde een stevigere contractie in de verwerkende nijverheid (44.5 van 45.1). De Europese bedrijven zien de orders nog steeds afnemen, maar aan een trager tempo dan in november. De combinatie van zwakke activiteit en te weinig nieuwe bestellingen om de productie terug op te krikken, vertaalt zich voor de vijfde maand op rij in een lagere tewerkstelling al zegt de opsteller van de PMI-enquête dat de daling al bij al beperkt blijft. In die context is het niet meer dan logisch dat het nog uit te voeren werk en de voorraden dalen. Voorzichtig goed nieuws kwam er van een iets optimistische inschatting van de activiteit in de komende 12 maanden, zowel in de verwerkende nijverheid als in de dienstensector. De rest van de EMU doet het begrijpelijk wel opnieuw beter dan de kneusjes Frankrijk en Duitsland. PMI-sponsor HCOB spreekt van een sprankeltje hoop.
Normaal blijft de prijsdruk in dit activiteitsverhaal beperkt. Quod non. De kosteninflatie versnelde voor de vierde maand op rij. Vooral de dienstensector kijkt nog steeds aan tegen oplopende loonkosten. De daling van de inputkosten in de verwerkende nijverheid valt dan weer zo goed als stil. Die hogere kosten worden ondanks de moeilijke vraagsituatie nog steeds in belangrijke mate doorgerekend naar de eindconsument. In dit opzicht suggereert HCOB dat de ECB voor veiligheid koos met een renteknip van 25 basispunten.
De marktreactie na de PMI’s is beperkt. Rentes dalen marginaal (1-2 bpn) en dus houdt het herstel van eind vorige week voorlopig stand. Dat geldt iets meer voor het lange eind van de curve dan voor de korte looptijden waar de markt vindt dat ze nog meer dan tijd genoeg heeft om het verwachte dieptepunt in de ECB-cyclus (+/- 1.75%) verder op te trekken. EUR/USD geraakt niet weg van de 1.05 zone. De dollar gaat met vertrouwen de Fed-beleidsvergadering van woensdag tegemoet. Powell en co worden in principe iets voorzichtiger wat betreft hun inschatting voor renteverlagingen in de VS volgend jaar.
Euro 2-j swaprente: Europese rentes op zoek naar een bodem.
