Cijfers valideren voorzichtige CNB-aanpak
In de VS zorgde een marginaal hogere (kern)inflatie gisteren voor een rustpunt in de scherpe neerwaartse rentetrend en marktanticipatie op een forse (50 bpn) start van de Fed-versoepelingcyclus volgende week. In Centraal-Europa bevindt het monetair debat zich onder meer in Tsjechië al in een ander stadium. Hoeveel kan de rente nog verder worden verlaagd? De inflatiecijfers eerder deze week boden een evaluatiepunt.
Tsjechische inflatie was in augustus hoger dan zowel de markten als de centrale bank inschatten. Na een opwaartse verrassing in juli (0.7% m/m en 2.2% j/j), steeg inflatie met 0.3% m/m. Daardoor bleef de jaarinflatie op 2.2% i.p.v. 2% verwacht door de markt. De Tsjechische centrale bank ging in haar beleidsrapport van begin augustus zelfs uit van 1.8%. De stijging was deels het gevolg van hogere voedselprijzen. Toch was ook de kerninflatie (2.4%) iets hoger dan verhoopt (2.2%). Loonstijgingen houden de prijzen voor diensten onder opwaartse druk. Voorlopig verhindert een zwakke binnenlandse vraag wel dat bedrijven deze loonkost volledig naar de eindconsument kunnen doorreken. Dat tempert tot nader bericht de prijsdruk, maar blijft iets om in het oog te houden.
In haar evaluatie toont de CNB zich nog niet echt ongerust en gaat ze er vanuit dat inflatie zowel in de tweede jaarhelft als verder over de beleidshorizon kort bij 2% blijft. Toch zal ze in de cijfers zeker een bevestiging zien voor haar voorzichtige aanpak. Begin augustus schakelde de CNB terug van stappen van 50 bpn naar een tempo van 25 bpn (tot 4.5% te vergelijken met een rentetop van 7%). De centrale bank belandt nu in een fase van finetunen. Verdere verlagingen zijn mogelijk, maar niet meer op ‘automatische piloot’. De CNB houdt haar volgende beleidsvergadering op 25 september. We verwachten opnieuw een verlaging met 25 bpn. Tot voor kort twijfelde de markt of er wel ruimte was voor bijkomende stappen op de drie resterende vergaderingen dit jaar, maar de algemeen soepelere monetaire condities (anticipatie op forse Fed-renteverlaging) geven de CNB bijkomende manoeuvreerruimte. De Tsjechische groei kan ook een duwtje in de rug gebruiken als daar ruimte voor is. We gaan dan ook uit van een beleidsrente van 3.75% eind dit jaar. Die komt dan wel in de buurt van wat de CNB ziet als een neutraal niveau (3%-3.5%). Om vanaf daar verder te versoepelen mag inflatie hoe dan ook niet te ver weglopen van 2%.
De Tsjechische kroon profiteerde maar matig van de nog steeds orthodoxe aanpak van de CNB. Ondanks de versoepeling geniet de munt nog steeds van een aanzienlijke positieve reële rente en gezien de intenties van voorzitter Michl en co zal dat nog wel even zo blijven. Een wankel globaal risicosentiment blijft een risico voor de kroon. Afgezien daarvan is een context van algemene soepelere monetaire condities en de zachte landing van de globale economie een constructieve context voor de Tsjechische munt. De zone EUR/CZK 25 toonde zich recent als een eerste weerstand voor de kroon. In geval van een breuk komt de zone EUR/CZK 24.55 (top juni) opnieuw in het vizier.