De keerzijde van forward guidance
Opnieuw een belangrijke week voor het monetair beleid! Van de grote centrale banken proberen de Fed (woensdag) en de Bank of England (donderdag) zich doorheen de moeilijk inflatie/groeibalans te navigeren. In Centraal-Europa kijken we met meer dan gemiddelde aandacht uit naar de Poolse (NBP, morgen) en de Tsjechische (CNB, donderdag) centrale bank. De ene is al iets verder (CNB) gevorderd op het pad naar beleidsnormalisatie dan de andere. Hoe dan ook is de richting duidelijk. Wie al startte, werd recent door de data en/of de markt aangepord om een tandje bij te steken. Voor wie nog niet formeel begon, neemt de druk om bakzeil te halen hand-over-hand toe.
De Reserve Bank of Australia is sinds van vanmorgen formeel lid van die laatste club waar ze steeds meer vroegere leden van ‘Team Temporary’ tegenkomt. Vorige week vermeldden we dat ‘marktwolven’ de RBA in het nauw dreven. De strijd heeft een kleine week geduurd. Vanmorgen gooiden voorzitter Lowe en Co de handdoek in de ring. De RBA houdt de beleidsrente onveranderd op 0.1%. Ze blijft obligaties kopen a rato van A$ 4 mld per week tot februari 2020. Dan houdt ze het programma opnieuw tegen het licht. De bocht komt er echter eens te meer in de korte rentes. De timing van de eerste renteverhoging staat op de helling. Tot nu verankerde de RBA naast de beleidsrente ook de rente op 3-j (obligatie 04/2024) op 0.1% door, indien nodig, obligaties te kopen. Dat zorgde voor soepele financieringscondities, ook op langere looptijden. Bovendien versterkte het de forward guidance van de RBA, die er stellig van overtuigd was dat de ze de rente niet zou verhogen voor 2024. Die forward guidance werd de voorbije jaren alom geroemd als een efficiënt instrument, waarmee de centrale bank haar geloofwaardigheid verzilverde om het beleid quasi kosteloos soepel te houden. Achteraf blijkt het instrument vooral te werken wanneer ‘de wind meezit’. Een iets hoger dan verwachte kerninflatie vorige week was genoeg om de geloofwaardigheid van het instrument (en dus ook van de RBA) onderuit te halen. De RBA deed juist geteld één poging om via aankopen de 3-j rente weer tot 0.1% te brengen. Gisteren stond die op 0.75%. Vandaag droeg ze het ‘krachtig’ instrument van Yield Curve Control met pijn in het hart ten grave. Dan volgt een uitgebreide ‘enerzijds-anderzijds’ uitleg die concludeert dat de ‘balance of probabilities’ mogelijk lichtjes is opgeschoven in de richting van het iets sneller bereiken van de inflatiedoelstelling. De rente kan misschien voor 2024 worden verhoogd, met de loonstijgingen als belangrijke variabele.
Tot daar de ‘beperkte’ bijsturing van de RBA forward guidance. Even een kleine reality check op de markten. Die voerden de forward guidance al eerder af en houden ondertussen rekening met een start van de rentecyclus volgend jaar (minstens 2 verhogingen). Na een forse renteopstoot vorige week, werd de RBA vanmorgen (voorlopig) verder leed bespaard. In een soort ‘buy the rumour, sell the fact’ reactie dalen de obligatierentes zelfs lichtjes. De 10-j rente (1.90%) daalde 2 bpn. Toch even in perspectief zetten: vergelijk die 1.90% met 1.25% eind september. De Aussie dollar valt na een sterke rit ten prooi aan winstnemingen (AUD/USD 0.7475). Hier schuift de aandacht nu naar de USD-kant van de vergelijking in de aanloop naar de Fed vergadering woensdag. De start van ‘tapering’ (afbouw van obligatieaankopen) door de Fed is ondertussen verdisconteerd. Jammer genoeg zijn er geen dots met nieuwe vooruitzichten van de Fed-gouverneurs. Maar misschien is er wel ruimte om de verhaallijn (toch ook een beetje forward guidance) over het tijdelijk karakter van inflatie bij te sturen. Dat kan de dollar weer even de overhand geven.