Bailey neemt pond wind uit de zeilen
EUR/GBP dobberde de voorbije weken wat aarzelend rond. Het geeft de mindset weer binnen de Bank of England. Begin deze maand viel EUR/GBP terug tot een meerjarig dieptepunt iets boven 0.82. Dat weerspiegelde vooral een zwakke euro omwille van het conflict in Oekraïne. Dat thema speelt ondertussen iets minder in de marktinschatting. Bovendien herstelde de ECB op de vergadering van 11 maart de monetaire balans door via een vervroegd einde aan de obligatieaankopen de deur open te zetten voor renteverhogingen later dit jaar. In relatieve termen sloeg de balans na de BoE-vergadering van 17 maart zelfs een beetje over in het nadeel van het pond. Dat bleek ook gisteren. EUR/GBP keert zowaar terug naar de 0.84-zone.
De afweging tussen beteugelen van de inflatie en het niet nodeloos afremmen van de groei zorgt voor onzekerheid binnen de gelederen van de Bank of England. De centrale bank verhoogde de rente eerder deze maand tot 0.75%. Dat kon niet anders gezien de oplopende inflatie. Die bedroeg 6.2% in februari en de BoE gaf toe dat de verwachte piek van 7.25% zo goed als zeker wordt overschreden (8%+), zowel in de lente als in de herfst. Reden genoeg dus om een tandje bij te steken in de anti-inflatiestrijd. De Bank of England was vorig jaar één van de koplopers om de markt voor te bereiden op de normalisatie. In februari verhoogde ze de rente ei zo na met 50 basispunten.
Sinds de maartvergadering is de focus plots gewijzigd van inflatie naar groei. Duurdere energie en de inflatie in het algemeen gaan dit jaar al fors wegen op de vraag/de groei. De BoE argumenteert nu dat hogere rentes dit soort inflatie niet oplossen. Stemmingswijzingen zijn bij de BoE (en haar voorzitter) niet ongewoon. In een speech gisteren bevestigde voorzitter Bailey wel de softe bocht. De algemene onzekerheid en de druk op het beschikbaar inkomen maken de BoE voorzichtig i.v.m. verdere renteverhogingen. De Britse rentes doken tegen de trend in tot 10 bpn lager, vooral op lange looptijden. In een iets langer perspectief is de markt niet onder indruk van de ‘groei-bocht’. Geldmarktrentes houden nog steeds rekening met een rente van boven de 2% eind dit jaar/begin volgend jaar. In de tweede helft van volgend jaar verdisconteren ze wel een beperkte versoepeling.
Tot nader bericht zijn we geneigd eerder de markten te geloven dan de Bank of England. Alle vergelijkingen lopen mank, maar centrale banken die eerder argumenteerden (bijvoorbeeld Hongarije of Polen) dat ze dit soort inflatie niet konden afremmen, schoten uiteindelijk toch fors in actie toen bleek dat de prijsstijgingen veel verder uitdijden in het economisch weefsel dan dat ze aanvankelijk dachten. De softe aanpak nu houdt ook het risico in dat je een tand moet bijsteken op een moment dat de groei al afkoelt, wat het dilemma alleen maar groter maakt.
Voor het pond is dit geen goede zaak. Een verstrakkingscyclus waarbij de centrale bank de rente met duidelijke tegenzin en zo laat mogelijk verhoogt, is niet echt inspirerend voor de munt. Ook de ECB zal de weg van de geleidelijkheid volgen, maar we verwachten (of moeten we toch zeggen ‘hopen’?) dat de ECB rechtlijniger blijft in haar communicatie en weg blijft van de ‘stop-and-go’ aanpak die de BoE nu ten toon spreidt. Vanuit technisch oogpunt is het beeld voor EUR/GBP nog steeds neutraal. De 0.83-zone wordt stillaan een meer solide bodem. Een breuk boven 0.8458/78 is een teken dat het pond op drijfzand terecht komt. De impact van een zwakkere munt op de inflatie via hogere invoerprijzen is in het VK dan misschien niet zo groot als in kleinere, meer open economieën, maar toch maakt het de Gordiaanse knoop voor Bailey en co alleen maar groter.