Amerikaanse arbeidsmarkt wankelt aan de basis
Het Amerikaanse arbeidsmarktrapport bleef vorige week vrijdag wat onderbelicht omwille van de presidentsverkiezingen. Die laatsten leverden afgelopen weekend overigens (eindelijk) een president-elect op. Biden verzilverde zijn inhaalbeweging in Pennsylvania. Zittend president Trump dreigt nog wel met hertellingen in verschillende staten maar de geschiedenis leert dat die zelden een politieke aardverschuiving veroorzaken. Biden erft een Amerikaanse arbeidsmarkt die de verwachtingen vrijdag overtrof maar die barsten vertoont aan de fundamenten. We gaan daar even dieper op in.
Let’s talk numbers. De totale tewerkstelling groeide in oktober met 638 000. Dat is meer dan de 580 000 vooropgesteld en min of meer in lijn met vorige maand (672 000). Dat laatste is zeker niet slecht rekening houdende met de aanzienlijke afdankingen van tijdelijk overheidspersoneel (aangeworven voor de censustelling). Hiervoor gecorrigeerd, groeide de private tewerkstelling zelfs iets meer dan in september (906 000 vs. 892 000). Handel en transport (172 000), zakelijke dienstverlening (208 000) en cultuur en vrije tijd (271 000) betraden zoals wel vaker het geval het podium. De werkloosheidsgraad viel onverwacht stevig terug: van 7,9% tot 6,9%. Consensus ging uit van 7,6%. BLS (Bureau of Labor Statistics) nuanceerde wel dat de werkelijke werkloosheidsgraad zo’n 0,3 procentpunt hoger ligt. De daling ging gepaard met een stijging van de participatiegraad van 61,4% tot 61,7%. De piek van vóór de pandemie ligt met 63,4% wel nog ver buiten bereik.
Onderliggend oogt dat alles toch iets minder rooskleurig dan op het eerste zicht lijkt. Vooral bij de langdurige en permanente werkloosheid gaan de alarmsignalen af. De poel langdurig werklozen (>26 weken) zwol in oktober fors aan van 2,4 miljoen tot meer dan 3,5 miljoen. Dat is ongeveer een derde van het totaal aantal werklozen en het hoogste peil sinds oktober 2014. Een deel daarvan belandt allicht onvermijdelijk in de permanente werkloosheid. Dat laatste overtrof voor het eerst sinds de coronacrisis het niveau van de tijdelijke werkloosheid. Met die wankele basis gaat de arbeidsmarkt de derde golf van het coronavirus tegemoet. De VS registreert al enkele dagen een triest record van >100 000 besmettingen per dag. Electorale belangen verhinderden de invoering van een echt restrictief beleid om het virus in te dijken. Wanneer Biden de fakkel effectief overneemt (ten vroegste op 20 januari), zijn mogelijk hardere (federale) maatregelen noodzakelijk dan aan de start van de derde golf.
Maar daar denkt de markt voorlopig nog niet aan. Meer zelfs, het arbeidsmarktrapport sleurde vrijdag de Europese beurzen en Amerikaanse futures uit de dagdieptepunten. De Amerikaanse rentes veerden op met 5 tot 8 basispunten aan het lange eind. Vooral de reële rentes tekenden een mooie stijging op. Dat maakt de povere prestatie van de dollar des te opvallend. EUR/USD eindigde kortbij de belangrijke weerstand van 1,1881. Het muntpaar nestelde zich sinds de Amerikaanse stembusslag opnieuw aan de bovenkant van de zijwaartse handelsband. Een breuk hoger effect het pad richting de septembertop van 1,2011. Voor de handelsgewogen dollar geldt 92,3/91.75 als de laatste verdedigingslinie.