Weinig goeds achter de Chinese façade
De VS en China maken zich op voor een nieuwe poging vredespijp-roken. Het belooft opnieuw een stevige partij armworstelen te worden. President Trump gelooft nog steeds in zijn tit-for-tat strategie. Door steeds nieuwe handelsbelemmeringen op te werpen en dreigende taal te gebruiken hoopt hij China op de knieën te dwingen en een gunstige handelsdeal voor de VS te bekomen. Dat zou een persoonlijke triomf zijn in de aanloop naar de Amerikaanse presidentsverkiezingen. Trump als keiharde dealmaker zou dan opnieuw op het schild worden gehesen.
Maar werkt die strategie? Dat is al maandenlang de discussie. Alles hangt af van de schade die het wispelturige, maar protectionistische Amerikaanse handelsbeleid veroorzaakt aan de Chinese economie. De cijfers zijn voor veel interpretatie vatbaar. De Chinese economische groei kalft af, maar die evolutie is al veel langer aan de gang en iedereen weet dat officiële Chinese BBP-cijfers (1,6% qoq in Q2) niet altijd de volledige waarheid weerspiegelen. De industriële productie kende een opmerkelijk stevige terugval, maar die beweging hangt ook samen met de Chinese transitie naar een economie gericht op diensten en technologie. De absorptiecapaciteit van de Chinese economie lijkt op dit ogenblik en op het eerste gezicht aanzienlijk, mede dankzij aanzienlijke monetaire en budgettaire stimulus. De cijfers doen vermoeden dat de handelsoorlog China pijn doet, maar van een apocalyptisch scenario is absoluut geen sprake. Dat beeld is belangrijk voor de politieke stabiliteit binnen China.
Toch moeten we ons meer zorgen maken over de Volksrepubliek dan de cijfers doen vermoeden. De Chinese draak brult nog steeds, maar spuwt steeds minder vuur. Allereerst is er de relatie met de buren. China slaagt er voorlopig in een deel van de economische schade af te wimpelen op de Zuid-Oost-Aziatische regio. Die buurlanden zagen als toeleveranciers voor de Chinese fabrieken op korte termijn hun export naar China drastisch terugvallen. Maar China’s imperialistische houding kent steeds meer weerstand in de regio. De kans is groot dat China in de toekomst minder schade kan afwimpelen. Daarnaast stijgen de Chinese schulden in sneltempo, en is de vraag hoe lang China zich binnenlands en internationaal kan blijven financieren. Het overheidstekort stijgt gradueel, en vooral lokale overheden gaan gebukt onder een steeds grotere schuldenlast. Ook de stijging in het aandeel van niet-performante leningen in de financiële sector wijst op toenemende pijn door het handelsconflict, vooral gedreven door een oververhitte vastgoedmarkt en toenemende consumptieschulden. China blijft investeren, maar het investeringstempo daalt, sterk bepaald door de internationale onzekerheid (zie figuur). Daarom vertraagt, bovenop de kortetermijn-tendenzen, het structurele groeipotentieel van de Chinese economie (tot 3% yoy in 2030 volgens de OESO).
Sommigen zien in die trends misschien het grote gelijk van Donald Trump. Door de Chinese economie structureel te verzwakken, vertragen de VS de verdere opmars van de Chinese draak. Maar de prijs is hoog. Het lijkt ook bijzonder onwaarschijnlijk dat China meer dan wat symbolische toegiften wil doen om een nieuw handelsakkoord met de VS te sluiten. Naarmate duidelijk wordt dat China sneller en meer afkoelt, groeit ook de economische schade voor de ganse wereldeconomie. Europa is een pijnlijke toeschouwer bij het Amerikaans-Chinees spektakel. Maar in toenemende mate, en in eerste instantie via de Duitse export, voelen we in Europa de gevolgen van de Chinese problemen. Als de Chinese façade omvalt, zal niet enkel China getroffen worden door de harde realiteit.