EUR/USD 1,17 steun houdt voorlopig stand
De berg heeft een muis gebaard. Met ingehouden adem keek iedereen gisteren rond de klok van half drie naar de publicatie van de Amerikaanse inflatiecijfers voor de maand juli. De CPI-maatstaf steeg met 0,5% op maandbasis en plafonneerde op jaarbasis op het meerjarige hoogtepunt van 5,4%. Het is ondertussen de derde maand op rij dat de Amerikaanse inflatie meer dan 5% bedraagt, ver boven de symmetrische 2% inflatiedoelstelling van de Fed. De markt haalde de schouders op. De uitkomst was in lijn met de consensusverwachting en slaagde er niet in om de Amerikaanse rente- en dollarrally, die begin deze maand startte, extra momentum te geven.
De opbouw naar de CPI-publicatie kon nochtans tellen. Investeerders die zich veilig achtten in het zog van Powells berustende toon na de beleidsvergadering van de Amerikaanse centrale bank eind juli, werden vorige week rechts voorbij gestoken door de cijfers. De ISM-bedrijfsvertrouwensindicator voor de dienstensector steeg onverwacht tot 64,1, het hoogste niveau in meer dan twintig jaar tijd. De stijging was breed gedragen met toenames op vlak van economische activiteit, tewerkstelling en nieuwe (export) orders. De details zetten de verder opwaartse prijsdruk en verstoorde internationale productiekettingen nog maar eens in de verf. De beresterke ISM kreeg daags nadien bijval van een fenomenaal arbeidsmarktrapport. Bijna 1 miljoen jobs kwamen er volgens de payrolls bij in juli, terwijl de werkloosheidsgraad daalde tot 5,4%, het laagste niveau sinds maart vorig jaar.
Gesterkt door de cijfers, bekenden meer en meer (regionale) Fed gouverneurs kleur wat betreft beleidsnormalisatie. Die moet er komen voor de start van het jaar, te beginnen met de afbouw van het maandelijkse obligatieprogramma. Het Jackson Hole symposium van 26-28 augustus en de septembervergadering (22) kunnen hiervoor het ideale platform vormen. Zeker nadat de Bank of England vorige week een gelijkaardig nummertje opvoerde.
De combinatie van sterke cijfers en Fed-commentaren stuwden de Amerikaanse rentes en de dollar hoger. De Amerikaanse 10-jaarsrente steeg boven 1,31% uit en maakt daarmee een einde aan de dalende trend sinds midden mei. De onderliggende reële rente veerde op van een historisch dieptepunt rond -1,20% richting -1,05%. De dollar zette een gelijkaardige comeback in. EUR/USD flirtte in de aanloop naar de inflatiecijfers met het jaardieptepunt van 1,1704. Dat vormt samen met 1,1695 (38% herstel op 2020 EUR/USD rally) een sterke steunzone. Tot een breuk lager kwam het niet. De tegenbeweging hoger na de inflatiecijfers was niet van die aard dat het gevaar al geweken is. In tegendeel. In de aanloop naar Jackson Hole en tegen de achtergrond van een magere economische kalender, verwachten we weinig verval op de Amerikaanse munt.