Canadese centrale bank met een logisch status quo
Markt gelooft bias tot hogere rentes niet
De Bank of Canada hield de beleidsrente gisteren voor een derde beleidsvergadering onveranderd. De voorlopig laatste renteverhoging, van 4.75% tot 5%, kwam in juli. Hoewel de BoC officieel paraat blijft de rente nog op te trekken, is de toon van de beleidsverklaring meer gebalanceerd. Groei vertraagt en inflatie koelt verder af. Na het 3e kwartaal van negatieve groei dreigt voor de Canadese economie de technische recessie. De doorgevoerde monetaire verstrakking eist zijn tol op consumptie en bedrijfsinvesteringen. Het onevenwicht tussen (te sterke) vraag en (te beperkt) aanbod is weggewerkt. De krapte op de arbeidsmarkt verdwijnt, al blijft loondruk (4-5%) hoog. Onderliggende kerninflatie is dan ook de naald in het kompas van de BoC. Woning gerelateerde prijsdruk nam ook weer toe en houdt de belangrijkste inflatiemaatstaven rond 3.5%-4%, (te) ver boven de 2%-beleidsdoelstelling. Het hoofdinflatiecijfer is al verder gezakt (3.1%) dankzij lagere energieprijzen. De olieprijs is zo’n $10/vat lager dan de BoC becijferde in haar vorige uitgebreide beleidsrapport dat dateert van oktober. In januari volgt een nieuwe update. Om het statement helemaal in balans te brengen, erkent de BoC dat de financiële randvoorwaarden stevig versoepelden dankzij de stevige correctie aan het lange eind van globale rentecurves.
De Canadese geldmarkt gelooft niet in het scenario van een mogelijke extra renteverhoging. Ze kijkt naar analogie met de grote broer VS in de richting van renteverlagingen. Een eerste renteknip met 25 basispunten is verdisconteerd in april. Tegen eind 2024 kijken we cumulatief tegen 100 bpn van renteverlaging aan. De loonie heeft het na een goede maand november de voorbije dagen wat lastiger. Zowel de iets betere Amerikaanse dollar als de lagere olieprijs spelen een rol. USD/CAD veerde deze week op van 1.35 tot 1.36.