Zweedse inflatie versnelt onverwacht
Riksbank onder verhoogde druk, kroon verstevigt
Inflatie in Zweden schakelde in februari tegen de verwachtingen in een versnelling hoger. Het algemene prijspeil zwol 1.1% op maandbasis aan en is daardoor 12% hoger dan in dezelfde maand een jaar eerder. De verwachting was voor een evenaring van het januaricijfer op 11.7%. Gebruik makende van een vaste (hypothecaire) rentevoet versnelde de zogenaamde CPIF-indicator met 0.9% m/m tot 9.4% j/j. Een gelijkaardige reeks die bovendien zuivert voor energie tekende de meest significante stijging op: +1.5% m/m en 9.3% j/j (8.7% verwacht).
De Zweedse kroon verstevigt vanmorgen richting EUR/SEK 11.2. Een aantal dagen terug flirtte de munt met EUR/SEK 11.5 – het zwakste niveau sinds 2009 toen de kroon in de nasleep van de financiële crisis een diepterecord neerzette. Vanuit historisch oogpunt handelt de Zweedse munt dus nog altijd uiterst zwak. De combinatie van hoge, zelfs oplopende inflatie en een munt in lastige papieren bezorgt de Riksbank kopzorgen. De Zweedse centrale bank vermeldde op de meest recente beleidsvergadering (februari) de kroon als bemoeilijkende factor in haar strijd tegen stijgende prijzen. Ze trok de rente toen verder op met 50 bpn tot 3% en kondigde een versnelde afbouw van haar balans (verkoop van overheidsobligaties) aan. Ze stelde nog meer monetaire verstrakking t.b.v. ongeveer 50 bpn in het vooruitzicht. Het vooropgestelde einddoel, een beleidsrente van 3.5%, is waarschijnlijk over de volledige beleidshorizon (lopende tot begin 2026) nodig voor een terugkeer naar de 2%-inflatiedoelstelling. Het is een duidelijk signaal maar helaas voor de Riksbank zonder veel steun voor de kroon. Dat komt omdat de euro uiteraard ook de rugdekking van een zeer assertieve ECB krijgt. Die verhoogt morgen de rente naar alle waarschijnlijkheid met 50 bpn tot 3% en er volgt zo goed als zeker nog meer. Bovendien nam de onzekerheid in een al fragiele marktcontext omwille van de Silicon Valley Bank saga nog meer toe. Dat speelt zoals wel vaker vooral in het voordeel van grote, meer liquide munten zoals de euro en de dollar i.p.v. de kroon. Vanuit technisch oogpunt dient EUR/SEK 11 zich aan als een eerste steun. Daarna volgt 10.7 (23.6% SEK-herstel op de LT-daling sedert 2012). Dat is in de huidige omstandigheden niet evident voor de SEK.