Brits begrotingsbeleid zet eerste stap naar ‘post-corona modus’
Pond reageert nauwelijks
Het voorbije jaar was het economische mantra wereldwijd om alles in het werk te stellen om de impact van corona op de economie tot een minimum te beperken. Behalve maximale monetaire steun mocht dat ook fiscaal iets kosten. Liever iets te veel dan te weinig was het adagium. Korte termijn inkomensondersteuning gepaard met structureel schadebeperkende maatregelen. Op het tweede vlak te laat optreden kost in de toekomst immers nog meer.
Over naar Westminster gisteren. De regering Johnson kwam met voorstellen om de financiering van de gezondheidszorg te stutten/uit te breiden. Om die kost op te vangen stelt de Britse regering een verhoging voor van de belasting op arbeidsinkomen met 1.25%. Daarnaast wordt ook de belasting op de uitkering van dividenden met 1.25% opgetrokken. Dat laatste moet er volgens de regering voor zorgen dat de hogere inkomens hun deel bijdragen tot de ondersteuning van de gezondheidszorg. De nieuwe belasting start in april 2022 en moet zo’n £12 mld per jaar opbrengen. Vanaf 2023 zal de heffing specifiek worden aangewend voor de gezondheidszorg, afgezonderd dus binnen de algemene begroting. Politiek gezien zorgt de verhoging voor de nodige discussie binnen en buiten de conservatieve partij. Die beloofde in haar verkiezingsprogramma om de belastingen niet te verhogen. Voor Johnson is de verhoging toch verantwoord: niemand kon de budgettaire impact van corona, zeker voor de gezondheidssector, voorzien. Op zich zijn de maatregelen niet echt een fiscale verkrapping. Ze zouden min of meer fiscaal neutraal moeten zijn omdat ze worden aangewend voor bijkomende uitgaven onder meer om een achterstand aan zorg als gevolg van corona op te vangen. Anderzijds verhoogt het hoe dan ook de Britse belastingdruk.
Hoe dan ook doemt het debat over de fiscale consolidatie post-corona op aan de horizon. Net zoals bij het monetair beleid wordt dit in belangrijke mate een kwestie van ‘timing’. Het VK lijkt hier voorop te lopen. Toch worden ook binnen de conservatieve partij minder Tatcheriaanse accenten gelegd dan vroeger: eerder belastingen verhogen om de uitgeven te ondersteunen dan te besparen. Op meer algemeen niveau is de vraag waar het ‘optimaal’ kantelpunt ligt om als fiscale overheid gebruik te blijven maken van de lage financieringskost om de activiteit te ondersteunen, weliswaar ten koste van een oplopende schuld op lange termijn.
In theorie heeft (de start van) een fiscale consolidatie ook gevolgen voor het monetair beleid. Ceteris paribus moet het monetair beleid dan minder snel verstrakken. Voorlopig is dat echter slechts theorie. De impact voor het pond blijft beperkt. EUR/GBP probeerde gisteren opnieuw de kaap van 0.86 te ronden, maar tevergeefs. De belastingverhoging is geen steun voor de Britse munt, maar een eventuele breuk boven EUR/GBP 0.86 zal waarschijnlijk eerder (moeten) komen van de eurokant van de vergelijking (ECB morgen) dan van Britse fiscale maatregelen.