Orthodoxe CNB verhoogt beleidsrente tot 2%
Uitzonderingen, ze bestaan nog! Na een pauze van zes maanden zette de Tsjechische centrale bank (CNB) haar verstrakkingscyclus gisteren voort met een renteverhoging van 1.75% tot 2%. Ze gaat daarmee in tegen de globale trend van centrale bankiers die het zekere boven het onzekere kiezen. Hoewel… De woorden van Fed-voorzitter Powell echoden door Praag toen voorzitter Rusnok achteraf zei dat de volgende rentebeweging beide richtingen uit kan.
De rode draad doorheen de verstrakkingscyclus van de CNB is een zwakker dan verwachte munt. Die zorgde vorig jaar voor het hoge tempo waaraan de renteverhogingen mekaar opvolgden en was ook gisteren het voornaamste motief voor de CNB-beslissing. In de monetaire race naar de zwakste munt neemt de Tsjechische centrale bank dus een uiterst orthodoxe positie in. Als de monetaire context niet verstrakt zoals gepland via een sterkere munt, zet de CNB via renteverhogingen een tandje bij. Rusnok en Co verwachten dat EUR/CZK dit jaar een gemiddelde koers zal laten optekenen van 25.30. In februari was die voorspelling nog 25. In november vorig jaar zelfs 24.70. Voor volgend jaar schat de CNB EUR/CZK gemiddeld in rond 24.70 (tov 24.80 in februari). Wij verwachten dat de versteviging van de Tsjechische kroon iets sneller kan verlopen en zetten een koers van EUR/CZK 25.20 voorop voor eind dit jaar.
De tweede beweegreden van de CNB is inflatie. In maart steeg de hoofdinflatie tot 3% j/j, ver boven de 2%-inflatiedoelstelling. Sterke loonstijgingen en hoge kerninflatie, die abstractie maakt van volatiele componenten zoals voeding en energie, worden dus gecounterd met een nieuwe renteverhoging. De CNB verhoogde de inflatieverwachting voor midden volgend jaar voorzichtig van 1.9% tot 2%. Gouverneur Rusnok verwacht dat de inflatiedruk zal afnemen ondanks krapte op de arbeidsmarkt, maar sluit een tweede renteverhoging dit jaar niet uit. Dat blijkt ook uit de officiële prognoses voor de kortetermijnrente. Ze suggereren een (laatste?) renteverhoging rond de jaarwende.
Tot slot had de CNB het ook over afgenomen externe risico’s. Gegeven de zwakke mondiale economische indicatoren is die uitspraak opmerkelijk. Gouverneur Hulob verduidelijkte dat de CNB doelt op het worst case brexitscenario dat nipt vermeden werd.
In de tussentijd neemt de CNB een afwachtende houding aan. Tov van een zwakkere munt en hogere inflatie staat immers het economische plaatje. Dat wordt steeds minder rooskleurig. De Tsjechische PMI’s nemen een duik in navolging van die van buurland en belangrijkste handelspartner Duitsland. De PMI voor exportgerichte verwerkende nijverheid zakte in april tot 46.6, het laagste niveau in jaren en onder de 50-grens die expansie in de sector onderscheidt van contractie. De CNB verlaagt de groeiverwachtingen opnieuw, net zoals ze dat in februari al deed. De centrale bank schat de Tsjechische BBP-groei nu in op 2.5% dit jaar (tov 2.9%) en 2.8% volgend jaar (tov 3.0%). Net als Fed-voorzitter Powell, argumenteert Rusnok dat de volgende rentebeweging evengoed een renteverlaging kan worden als de economische toestand verslechtert.